Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: rekruteren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gerekruteerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik rekruteer
jij rekruteert
hij rekruteert
wij rekruteren
jullie rekruteren
zij rekruteren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gerekruteerd
jij hebt gerekruteerd
hij heeft gerekruteerd
wij hebben gerekruteerd
jullie hebben gerekruteerd
zij hebben gerekruteerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik rekruteerde
jij rekruteerde
hij rekruteerde
wij rekruteerden
jullie rekruteerden
zij rekruteerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gerekruteerd
jij had gerekruteerd
hij had gerekruteerd
wij hadden gerekruteerd
jullie hadden gerekruteerd
zij hadden gerekruteerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal rekruteren
jij zult rekruteren
hij zal rekruteren
wij zullen rekruteren
jullie zullen rekruteren
zij zullen rekruteren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gerekruteerd hebben
jij zult gerekruteerd hebben
hij zal gerekruteerd hebben
wij zullen gerekruteerd hebben
jullie zullen gerekruteerd hebben
zij zullen gerekruteerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou rekruteren
jij zou rekruteren
hij zou rekruteren
wij zouden rekruteren
jullie zouden rekruteren
zij zouden rekruteren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gerekruteerd hebben
jij zou gerekruteerd hebben
hij zou gerekruteerd hebben
wij zouden gerekruteerd hebben
jullie zouden gerekruteerd hebben
zij zouden gerekruteerd hebben

Gebiedende wijs
rekruteer

Aanvoegende wijs
rekrutere

Voorbeelden

  1. Ik rekruteer jullie hierbij als mijn elven.
    I hereby deputize each of you as my elves.
  2. Meer mannen rekruteren?
    Recruiting more men?
  3. Díe mannen rekruteren.
    Recruiting those men.
  4. Ze willen rekruteren.
    It 's acquisition.
  5. Te rekruteren waarvoor?
    Recruit for what?
  6. Zo rekruteren ze.
    That 's how they recruit.
  7. We moeten rekruteren.
    We need to recruit.
  8. Nieuwe mensen rekruteren.
    Recruit some new faces.
  9. Rekruteren ze of wat?
    Do they recruit or what?
  10. Hij wilde me rekruteren.
    He tried to recruit me to the Owls.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden