NL: recoveren U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.
|
Voltooid deelwoord |
gerecoverd
|
Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) |
ik recover jij recovert hij recovert wij recoveren jullie recoveren zij recoveren
|
Voltooid tegenwoordige tijd (vtt) |
ik heb gerecoverd jij hebt gerecoverd hij heeft gerecoverd wij hebben gerecoverd jullie hebben gerecoverd zij hebben gerecoverd
|
Onvoltooid verleden tijd (ovt) |
ik recoverde jij recoverde hij recoverde wij recoverden jullie recoverden zij recoverden
|
Voltooid verleden tijd (vvt) |
ik had gerecoverd jij had gerecoverd hij had gerecoverd wij hadden gerecoverd jullie hadden gerecoverd zij hadden gerecoverd
|
Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt) |
ik zal recoveren jij zult recoveren hij zal recoveren wij zullen recoveren jullie zullen recoveren zij zullen recoveren
|
Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt) |
ik zal gerecoverd hebben jij zult gerecoverd hebben hij zal gerecoverd hebben wij zullen gerecoverd hebben jullie zullen gerecoverd hebben zij zullen gerecoverd hebben
|
Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt) |
ik zou recoveren jij zou recoveren hij zou recoveren wij zouden recoveren jullie zouden recoveren zij zouden recoveren
|
Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt) |
ik zou gerecoverd hebben jij zou gerecoverd hebben hij zou gerecoverd hebben wij zouden gerecoverd hebben jullie zouden gerecoverd hebben zij zouden gerecoverd hebben
|
Gebiedende wijs |
recover
|
Aanvoegende wijs |
recovere |