Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: recepteren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gerecepteerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik recepteer
jij recepteert
hij recepteert
wij recepteren
jullie recepteren
zij recepteren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gerecepteerd
jij hebt gerecepteerd
hij heeft gerecepteerd
wij hebben gerecepteerd
jullie hebben gerecepteerd
zij hebben gerecepteerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik recepteerde
jij recepteerde
hij recepteerde
wij recepteerden
jullie recepteerden
zij recepteerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gerecepteerd
jij had gerecepteerd
hij had gerecepteerd
wij hadden gerecepteerd
jullie hadden gerecepteerd
zij hadden gerecepteerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal recepteren
jij zult recepteren
hij zal recepteren
wij zullen recepteren
jullie zullen recepteren
zij zullen recepteren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gerecepteerd hebben
jij zult gerecepteerd hebben
hij zal gerecepteerd hebben
wij zullen gerecepteerd hebben
jullie zullen gerecepteerd hebben
zij zullen gerecepteerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou recepteren
jij zou recepteren
hij zou recepteren
wij zouden recepteren
jullie zouden recepteren
zij zouden recepteren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gerecepteerd hebben
jij zou gerecepteerd hebben
hij zou gerecepteerd hebben
wij zouden gerecepteerd hebben
jullie zouden gerecepteerd hebben
zij zouden gerecepteerd hebben

Gebiedende wijs
recepteer

Aanvoegende wijs
receptere

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden