Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

EN: to quiver    Vertaal    Voorbeelden    Synoniemen
Gerund
quivering

Present simple (ott)
I quiver
you quiver
he quivers
we quiver
you quiver
they quiver

Present perfect (vtt)
I have quivered
you have quivered
he has quivered
we have quivered
you have quivered
they have quivered

Past Simple (ovt)
I quivered
you quivered
he quivered
we quivered
you quivered
they quivered

Past perfect (vvt)
I had quivered
you had quivered
he had quivered
we had quivered
you had quivered
they had quivered

Present future (ottt)
I will quiver
you will quiver
he will quiver
we will quiver
you will quiver
they will quiver

Present future perfect (vttt)
I will have quivered
you will have quivered
he will have quivered
we will have quivered
you will have quivered
they will have quivered

Past future (ovtt)
I would quiver
you would quiver
he would quiver
we would quiver
you would quiver
they would quiver

Past future perfect (vvtt)
I would have quivered
you would have quivered
he would have quivered
we would have quivered
you would have quivered
they would have quivered


Voorbeelden

  1. Bring me that quiver!
    Breng die pijlkoker.
  2. We have lip-quiver, people.
    En de lip trilt, mensen.
  3. The green leaves quiver with the cooling wind.
    De groene blaadjes trillen in de zachte bries.
  4. When I hunt, I sneak up with my quiver
    Als ik jaag, sluip ik met mijn geweer.
  5. Not the sharpest arrow in the quiver, is he?
    Niet de slimste van de bende, hé?
  6. When even an inch separates us, I quiver with misery.
    Als er zelfs nog maar een meter tussen ons is, heb ik schrik.
  7. Bidibi. Do you mind? You 're making my electrodes quiver.
    Zeg, m' n elektroden krijgen de bibbers van je.
  8. No, she 's not the sharpest arrow in the quiver.
    Nee, ze is niet de scherpste pijl in de koker.
  9. You 're starting to quiver a little bit on the outside.
    Je begint een beetje te beven aan de buitenkant.
  10. You got your quiver full of words again, don 't you?
    Je hebt je koker weer vol woorden, nietwaar?

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden