Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: prospereren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
geprospereerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik prospereer
jij prospereert
hij prospereert
wij prospereren
jullie prospereren
zij prospereren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb geprospereerd
jij hebt geprospereerd
hij heeft geprospereerd
wij hebben geprospereerd
jullie hebben geprospereerd
zij hebben geprospereerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik prospereerde
jij prospereerde
hij prospereerde
wij prospereerden
jullie prospereerden
zij prospereerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had geprospereerd
jij had geprospereerd
hij had geprospereerd
wij hadden geprospereerd
jullie hadden geprospereerd
zij hadden geprospereerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal prospereren
jij zult prospereren
hij zal prospereren
wij zullen prospereren
jullie zullen prospereren
zij zullen prospereren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal geprospereerd hebben
jij zult geprospereerd hebben
hij zal geprospereerd hebben
wij zullen geprospereerd hebben
jullie zullen geprospereerd hebben
zij zullen geprospereerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou prospereren
jij zou prospereren
hij zou prospereren
wij zouden prospereren
jullie zouden prospereren
zij zouden prospereren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou geprospereerd hebben
jij zou geprospereerd hebben
hij zou geprospereerd hebben
wij zouden geprospereerd hebben
jullie zouden geprospereerd hebben
zij zouden geprospereerd hebben

Gebiedende wijs
prospereer

Aanvoegende wijs
prosperere

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden