Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: ponsen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
geponst

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik pons
jij ponst
hij ponst
wij ponsen
jullie ponsen
zij ponsen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb geponst
jij hebt geponst
hij heeft geponst
wij hebben geponst
jullie hebben geponst
zij hebben geponst

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik ponste
jij ponste
hij ponste
wij ponsten
jullie ponsten
zij ponsten

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had geponst
jij had geponst
hij had geponst
wij hadden geponst
jullie hadden geponst
zij hadden geponst

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal ponsen
jij zult ponsen
hij zal ponsen
wij zullen ponsen
jullie zullen ponsen
zij zullen ponsen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal geponst hebben
jij zult geponst hebben
hij zal geponst hebben
wij zullen geponst hebben
jullie zullen geponst hebben
zij zullen geponst hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou ponsen
jij zou ponsen
hij zou ponsen
wij zouden ponsen
jullie zouden ponsen
zij zouden ponsen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou geponst hebben
jij zou geponst hebben
hij zou geponst hebben
wij zouden geponst hebben
jullie zouden geponst hebben
zij zouden geponst hebben

Gebiedende wijs
pons

Aanvoegende wijs
ponse

Voorbeelden

  1. Hij haatte de Pons.
    He hated the Pons.
  2. Dat heet cirkelvormig pons-nibbelen.
    It 's called circular nibbling.
  3. Pons voor de proximaal, 5,0 prolene.
    Hole punch for the proximal, 5.0 Prolene.
  4. Dat is hoe we de Pons verslaan.
    That 's how we bring down the Pons.
  5. De Pons zijn van plan zich er morgen van te ontdoen.
    The Pons plan to dispose of it tomorrow.
  6. Waarom ga jij niet naar buiten om de pons te pakken?
    Why don 't you get out and get the punch?
  7. Samen met onze beste kans van terug te slaan bij de Pons.
    Along with our best chance of striking back at the Pons.
  8. Als de Pons haar oppakten, kunnen ze hier elke moment terug zijn.
    If the Pons picked her up, they could be back here any minute.
  9. Gillen en schreeuwen, grijpen, ponsen.
    Screaming and yelling, grabbing, punching.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden