1. MWB
  2. Werkwoord vervoegen
  3. peek

Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

EN: to peek    Vertaal    Voorbeelden    Synoniemen
Gerund
peeking

Present simple (ott)
I peek
you peek
he peeks
we peek
you peek
they peek

Present perfect (vtt)
I have peeked
you have peeked
he has peeked
we have peeked
you have peeked
they have peeked

Past Simple (ovt)
I peeked
you peeked
he peeked
we peeked
you peeked
they peeked

Past perfect (vvt)
I had peeked
you had peeked
he had peeked
we had peeked
you had peeked
they had peeked

Present future (ottt)
I will peek
you will peek
he will peek
we will peek
you will peek
they will peek

Present future perfect (vttt)
I will have peeked
you will have peeked
he will have peeked
we will have peeked
you will have peeked
they will have peeked

Past future (ovtt)
I would peek
you would peek
he would peek
we would peek
you would peek
they would peek

Past future perfect (vvtt)
I would have peeked
you would have peeked
he would have peeked
we would have peeked
you would have peeked
they would have peeked


Voorbeelden

  1. Peek outside? Peek outside.
    Naar buiten kijken?
  2. Perhaps just a peek.
    Misschien even een kijkje.
  3. So... just a peek?
    En... alleen even kijken?
  4. Just a little peek?
    Mag ik niet even gluren?
  5. Me take peeky-peek.
    Ik kom even gluren.
  6. Like a Peek Frean.
    Als een Peek Frean.
  7. Peek in the windows.
    Door de ramen gluren.
  8. Peek 's early warning.
    Peek' s vroege waarschuwing.
  9. I would love to have a peek... a peek at another life.
    Ik zou graag een blik willen werpen... Een blik op een ander leven.
  10. Did you take a peek?
    Heb je er in gekeken?

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden



Vaakst vervoegd

Hier zie je een overzicht van de 30 vaakst vervoegde werkwoorden voor de vijf talen die we op mijnwoordenboek gebruiken.

Nederlandse werkwoorden

willen verdienen worden zijn vinden bedoelen kunnen houden hebben meten vermelden vertellen varen gelden beantwoorden zeggen bestellen begeleiden updaten reizen bereiden leiden plannen gaan verwijderen stelen bidden besteden denken bellen

Franse werkwoorden

être avoir aller faire pouvoir vouloir venir devoir voir prendre savoir partir connaître recevoir dire mettre finir lire boire choisir envoyer sortir falloir dormir écrire appeler croire manger devenir vivre

Duitse werkwoorden

sein werden haben können mögen gehen wollen müssen essen finden sehen stressen lesen dürfen fahren misten sollen kommen nehmen tun machen geben sprechen lassen helfen laufen arbeiten wohnen schlafen halten

Spaanse werkwoorden

ser sentir tener hacer ver teñir ir estar servir haber poder mentir querer dar fuir saber decir hablar salir empezar volver comer seguir vivir gustar pedir encontrar grillarse latir pensar llamar conocer preferir jugar llegar

Engelse werkwoorden

send read be have spend choose go lead mean hear teach lie think see quit can do build meet take say get run fall fair buy put eat lay make learn wear begin barbecue will give find want know drink work write try