Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: parken
DE: parken    Vertaal    Voorbeelden    Synoniemen
Partizip Perfekt & Präsens
geparkt
parkend

Indikativ Präsens
ich parke
du parkst
er parkt
wir parken
ihr parkt
sie; Sie parken

Indikativ Perfekt
ich habe geparkt
du hast geparkt
er hat geparkt
wir haben geparkt
ihr habt geparkt
sie; Sie haben geparkt

Indikativ Präteritum
ich parkte
du parktest
er parkte
wir parkten
ihr parktet
sie; Sie parkten

Indikativ Plusquamperfekt
ich hatte geparkt
du hattest geparkt
er hatte geparkt
wir hatten geparkt
ihr hattet geparkt
sie; Sie hatten geparkt

Indikativ Futur I
ich werde parken
du wirst parken
er wird parken
wir werden parken
ihr werdet parken
sie; Sie werden parken

Indikativ Futur II
ich werde geparkt haben
du wirst geparkt haben
er wird geparkt haben
wir werden geparkt haben
ihr werdet geparkt haben
sie; Sie werden geparkt haben

Konjunktiv I Präsens
ich parke
du parkest
er parke
wir parken
ihr parket
sie; Sie parken

Konjunktiv I Perfekt
ich habe geparkt
du habest geparkt
er habe geparkt
wir haben geparkt
ihr habet geparkt
sie; Sie haben geparkt

Konjunktiv II Präsens
ich parkte
du parktest
er parkte
wir parkten
ihr parktet
sie; Sie parkten

Konjunktiv II Perfekt
ich hätte geparkt
du hättest geparkt
er hätte geparkt
wir hätten geparkt
ihr hättet geparkt
sie; Sie hätten geparkt

Konjunktiv II Futur I
ich würde parken
du würdest parken
er würde parken
wir würden parken
ihr würdet parken
sie; Sie würden parken

Konjunktiv II Futur II
ich würde geparkt haben
du würdest geparkt haben
er würde geparkt haben
wir würden geparkt haben
ihr würdet geparkt haben
sie; Sie würden geparkt haben

der Imperativ
du parke


Voorbeelden

  1. Im MacArthur Park! MacArthur Park!
    Ik heb' t in MacArthur Park gevonden.
  2. Oak Park Friedhof.
    Begraafplaats Oak Park.
  3. Im Landfill Park?
    In Landfill Park?
  4. Shakespeare im Park?
    Shakespeare in het Park?
  5. Warum Central Park?
    Waarom Central Park?
  6. Nicht Walter Park?
    Niet Walter Park?
  7. Zusammenbruch im Park.
    Inzinking in het park.
  8. Das Outdoor-Park
    Het Outdoorpark
  9. Kelley Point Park.
    Kelley Point park.
  10. Hollywood Park Casino.
    Hollywood park Casino.


NL: parken

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
geparkt

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik park
jij parkt
hij parkt
wij parken
jullie parken
zij parken

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb geparkt
jij hebt geparkt
hij heeft geparkt
wij hebben geparkt
jullie hebben geparkt
zij hebben geparkt

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik parkte
jij parkte
hij parkte
wij parkten
jullie parkten
zij parkten

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had geparkt
jij had geparkt
hij had geparkt
wij hadden geparkt
jullie hadden geparkt
zij hadden geparkt

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal parken
jij zult parken
hij zal parken
wij zullen parken
jullie zullen parken
zij zullen parken

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal geparkt hebben
jij zult geparkt hebben
hij zal geparkt hebben
wij zullen geparkt hebben
jullie zullen geparkt hebben
zij zullen geparkt hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou parken
jij zou parken
hij zou parken
wij zouden parken
jullie zouden parken
zij zouden parken

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou geparkt hebben
jij zou geparkt hebben
hij zou geparkt hebben
wij zouden geparkt hebben
jullie zouden geparkt hebben
zij zouden geparkt hebben

Gebiedende wijs
park

Aanvoegende wijs
parke

Voorbeelden

  1. Park commissaris.
    Park commissioner.
  2. PC park
    PC fleet
  3. Park vertegenwoordigt...
    Park represents...
  4. # In mijn water park # - # Mijn water park #
    # At my water park # - # My water park #
  5. # In mijn water park # - # In mijn water park #
    # At my water park # - # At my water park #
  6. Petrie Park, toch?
    Petrie Park, right?
  7. Vanmiddag, Gramercy Park.
    Today at noon, Gramercy Park.
  8. Goedemorgen, Mansfield Park.
    Good morning, Mansfield Park!
  9. Hollywood park Casino.
    Hollywood Park Casino.
  10. Vaarwel, South Park.
    So long, South Park.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden