Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: overbelasten

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
overbelast

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik overbelast
jij overbelast
hij overbelast
wij overbelasten
jullie overbelasten
zij overbelasten

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb overbelast
jij hebt overbelast
hij heeft overbelast
wij hebben overbelast
jullie hebben overbelast
zij hebben overbelast

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik overbelastte
jij overbelastte
hij overbelastte
wij overbelastten
jullie overbelastten
zij overbelastten

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had overbelast
jij had overbelast
hij had overbelast
wij hadden overbelast
jullie hadden overbelast
zij hadden overbelast

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal overbelasten
jij zult overbelasten
hij zal overbelasten
wij zullen overbelasten
jullie zullen overbelasten
zij zullen overbelasten

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal overbelast hebben
jij zult overbelast hebben
hij zal overbelast hebben
wij zullen overbelast hebben
jullie zullen overbelast hebben
zij zullen overbelast hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou overbelasten
jij zou overbelasten
hij zou overbelasten
wij zouden overbelasten
jullie zouden overbelasten
zij zouden overbelasten

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou overbelast hebben
jij zou overbelast hebben
hij zou overbelast hebben
wij zouden overbelast hebben
jullie zouden overbelast hebben
zij zouden overbelast hebben

Gebiedende wijs
overbelast

Aanvoegende wijs
overbelaste

Voorbeelden

  1. Capaciteit overbelast.
    Capacity overload.
  2. Elektrisch systeem overbelast!
    Electrical system overload!
  3. Het raakt overbelast.
    It 's going into overload.
  4. Het raakt overbelast.
    It 's overloading.
  5. Ze raakt overbelast.
    She 's overloading.
  6. Ik raak overbelast.
    I keep overloading.
  7. Nu zijn we overbelast.
    Now we 're overextended.
  8. De condensatoren raken overbelast.
    Capacitors are overloading.
  9. Het apparaat raakte overbelast.
    The device was building to an overload.
  10. Hij overbelast zijn dilithiummatrix.
    He 's overloading his dilithium matrix.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden