Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: orkestreren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
georkestreerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik orkestreer
jij orkestreert
hij orkestreert
wij orkestreren
jullie orkestreren
zij orkestreren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb georkestreerd
jij hebt georkestreerd
hij heeft georkestreerd
wij hebben georkestreerd
jullie hebben georkestreerd
zij hebben georkestreerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik orkestreerde
jij orkestreerde
hij orkestreerde
wij orkestreerden
jullie orkestreerden
zij orkestreerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had georkestreerd
jij had georkestreerd
hij had georkestreerd
wij hadden georkestreerd
jullie hadden georkestreerd
zij hadden georkestreerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal orkestreren
jij zult orkestreren
hij zal orkestreren
wij zullen orkestreren
jullie zullen orkestreren
zij zullen orkestreren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal georkestreerd hebben
jij zult georkestreerd hebben
hij zal georkestreerd hebben
wij zullen georkestreerd hebben
jullie zullen georkestreerd hebben
zij zullen georkestreerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou orkestreren
jij zou orkestreren
hij zou orkestreren
wij zouden orkestreren
jullie zouden orkestreren
zij zouden orkestreren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou georkestreerd hebben
jij zou georkestreerd hebben
hij zou georkestreerd hebben
wij zouden georkestreerd hebben
jullie zouden georkestreerd hebben
zij zouden georkestreerd hebben

Gebiedende wijs
orkestreer

Aanvoegende wijs
orkestrere

Voorbeelden

  1. Hij was slim genoeg om dit te orkestreren.
    And he was plenty smart enough to orchestrate this.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden