Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: ontwennen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
ontwend

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik ontwen
jij ontwent
hij ontwent
wij ontwennen
jullie ontwennen
zij ontwennen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb ontwend
jij hebt ontwend
hij heeft ontwend
wij hebben ontwend
jullie hebben ontwend
zij hebben ontwend

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik ontwende
jij ontwende
hij ontwende
wij ontwenden
jullie ontwenden
zij ontwenden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had ontwend
jij had ontwend
hij had ontwend
wij hadden ontwend
jullie hadden ontwend
zij hadden ontwend

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal ontwennen
jij zult ontwennen
hij zal ontwennen
wij zullen ontwennen
jullie zullen ontwennen
zij zullen ontwennen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal ontwend hebben
jij zult ontwend hebben
hij zal ontwend hebben
wij zullen ontwend hebben
jullie zullen ontwend hebben
zij zullen ontwend hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou ontwennen
jij zou ontwennen
hij zou ontwennen
wij zouden ontwennen
jullie zouden ontwennen
zij zouden ontwennen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou ontwend hebben
jij zou ontwend hebben
hij zou ontwend hebben
wij zouden ontwend hebben
jullie zouden ontwend hebben
zij zouden ontwend hebben

Gebiedende wijs
ontwen

Aanvoegende wijs
ontwenne

Voorbeelden

  1. Voor je ging ontwennen.
    Before you went to rehab.
  2. Ik heb nooit moeten ontwennen.
    I never went to rehab.
  3. Nee, ik probeer te ontwennen.
    No. I 'm trying to kick.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden