Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: ontvluchten

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
ontvlucht

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik ontvlucht
jij ontvlucht
hij ontvlucht
wij ontvluchten
jullie ontvluchten
zij ontvluchten

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik ben ontvlucht
jij bent ontvlucht
hij is ontvlucht
wij zijn ontvlucht
jullie zijn ontvlucht
zij zijn ontvlucht

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik ontvluchtte
jij ontvluchtte
hij ontvluchtte
wij ontvluchtten
jullie ontvluchtten
zij ontvluchtten

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik was ontvlucht
jij was ontvlucht
hij was ontvlucht
wij waren ontvlucht
jullie waren ontvlucht
zij waren ontvlucht

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal ontvluchten
jij zult ontvluchten
hij zal ontvluchten
wij zullen ontvluchten
jullie zullen ontvluchten
zij zullen ontvluchten

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal ontvlucht zijn
jij zult ontvlucht zijn
hij zal ontvlucht zijn
wij zullen ontvlucht zijn
jullie zullen ontvlucht zijn
zij zullen ontvlucht zijn

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou ontvluchten
jij zou ontvluchten
hij zou ontvluchten
wij zouden ontvluchten
jullie zouden ontvluchten
zij zouden ontvluchten

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou ontvlucht zijn
jij zou ontvlucht zijn
hij zou ontvlucht zijn
wij zouden ontvlucht zijn
jullie zouden ontvlucht zijn
zij zouden ontvlucht zijn

Gebiedende wijs
ontvlucht

Aanvoegende wijs
ontvluchte

Voorbeelden

  1. Een uithuwelijking ontvlucht.
    She ran away from marriage.
  2. Ontvlucht mijn toorn.
    Flee from my wrath.
  3. Hij ontvlucht mij.
    He 's hiding from me.
  4. De dader is ontvlucht.
    The murderer must have run out.
  5. Je ontvlucht de werkelijkheid.
    You 're escaping from reality
  6. Ontvlucht dit alles toch.
    Escape from it all.
  7. Jij bent een gevecht ontvlucht.
    You retreated from a combat zone.
  8. Nee, de werkelijkheid ontvlucht mij.
    No, reality 's escaping from me
  9. Ze zijn uiteindelijk de tempel ontvlucht.
    They finally fled the temple.
  10. de mannen die Dannevirke ontvlucht zijn.
    The men who fled from Dannevirke.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden