Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: ontspringen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
ontsprongen

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik ontspring
jij ontspringt
hij ontspringt
wij ontspringen
jullie ontspringen
zij ontspringen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik ben ontsprongen
jij bent ontsprongen
hij is ontsprongen
wij zijn ontsprongen
jullie zijn ontsprongen
zij zijn ontsprongen

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik ontsprong
jij ontsprong
hij ontsprong
wij ontsprongen
jullie ontsprongen
zij ontsprongen

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik was ontsprongen
jij was ontsprongen
hij was ontsprongen
wij waren ontsprongen
jullie waren ontsprongen
zij waren ontsprongen

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal ontspringen
jij zult ontspringen
hij zal ontspringen
wij zullen ontspringen
jullie zullen ontspringen
zij zullen ontspringen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal ontsprongen zijn
jij zult ontsprongen zijn
hij zal ontsprongen zijn
wij zullen ontsprongen zijn
jullie zullen ontsprongen zijn
zij zullen ontsprongen zijn

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou ontspringen
jij zou ontspringen
hij zou ontspringen
wij zouden ontspringen
jullie zouden ontspringen
zij zouden ontspringen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou ontsprongen zijn
jij zou ontsprongen zijn
hij zou ontsprongen zijn
wij zouden ontsprongen zijn
jullie zouden ontsprongen zijn
zij zouden ontsprongen zijn

Gebiedende wijs
ontspring

Aanvoegende wijs
ontspringe

Voorbeelden

  1. Zelf ontspring ik de dans misschien ook niet.
    I might not come through this unscathed myself
  2. Niemand mag de dans ontspringen.
    Nobody should slip through the cracks.
  3. Garrity en de anderen ontspringen de dans?
    So garrity and the rest of themjust get away with it?
  4. Hij mag absoluut de dans niet ontspringen.
    There 's no way he walks from this.
  5. Omdat het je zoon is, mag hij de dans zeker ontspringen?
    Because he is your son, he can get away with it?

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden