Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: ontregelen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
ontregeld

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik ontregel
jij ontregelt
hij ontregelt
wij ontregelen
jullie ontregelen
zij ontregelen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb ontregeld
jij hebt ontregeld
hij heeft ontregeld
wij hebben ontregeld
jullie hebben ontregeld
zij hebben ontregeld

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik ontregelde
jij ontregelde
hij ontregelde
wij ontregelden
jullie ontregelden
zij ontregelden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had ontregeld
jij had ontregeld
hij had ontregeld
wij hadden ontregeld
jullie hadden ontregeld
zij hadden ontregeld

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal ontregelen
jij zult ontregelen
hij zal ontregelen
wij zullen ontregelen
jullie zullen ontregelen
zij zullen ontregelen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal ontregeld hebben
jij zult ontregeld hebben
hij zal ontregeld hebben
wij zullen ontregeld hebben
jullie zullen ontregeld hebben
zij zullen ontregeld hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou ontregelen
jij zou ontregelen
hij zou ontregelen
wij zouden ontregelen
jullie zouden ontregelen
zij zouden ontregelen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou ontregeld hebben
jij zou ontregeld hebben
hij zou ontregeld hebben
wij zouden ontregeld hebben
jullie zouden ontregeld hebben
zij zouden ontregeld hebben

Gebiedende wijs
ontregel

Aanvoegende wijs
ontregele

Voorbeelden

  1. Ontregel hun communicatie en vergrendel de deuren.
    Scramble their communication and lock their doors.
  2. Je huishouden ontregelen.
    The foundation of your household system.
  3. Hoofddoelstelling is om u te ontregelen.
    Main objective is to unsettle you.
  4. Hij gaat echt geen nationale verkiezing ontregelen.
    There 's no way he 's gonna throw a national election.
  5. Het amuseert me hun fijngevoeligheid te ontregelen.
    It amuses me to offend their delicate sensibilities.
  6. Je zou die jeugdbendes aanpakken, niet de hele stad ontregelen.
    You were meant to shake up the gang kids, not turn the whole city upside down.
  7. Jordan... stuurde je hier om me te ontregelen voor het debat.
    Jordan... sent you over here to unsettle me before the debate.
  8. Ik geloof niet dat ik iets gedaan heb om hem te ontregelen.
    Yet I do not believe I have done anything to disrupt it.
  9. Als we er één kunnen beschadigen, ontregelen we dan het hele net?
    If we can damage one of them, would it disrupt the entire grid?

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden