Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: onderstrepen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
onderstreept

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik onderstreep
jij onderstreept
hij onderstreept
wij onderstrepen
jullie onderstrepen
zij onderstrepen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb onderstreept
jij hebt onderstreept
hij heeft onderstreept
wij hebben onderstreept
jullie hebben onderstreept
zij hebben onderstreept

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik onderstreepte
jij onderstreepte
hij onderstreepte
wij onderstreepten
jullie onderstreepten
zij onderstreepten

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had onderstreept
jij had onderstreept
hij had onderstreept
wij hadden onderstreept
jullie hadden onderstreept
zij hadden onderstreept

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal onderstrepen
jij zult onderstrepen
hij zal onderstrepen
wij zullen onderstrepen
jullie zullen onderstrepen
zij zullen onderstrepen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal onderstreept hebben
jij zult onderstreept hebben
hij zal onderstreept hebben
wij zullen onderstreept hebben
jullie zullen onderstreept hebben
zij zullen onderstreept hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou onderstrepen
jij zou onderstrepen
hij zou onderstrepen
wij zouden onderstrepen
jullie zouden onderstrepen
zij zouden onderstrepen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou onderstreept hebben
jij zou onderstreept hebben
hij zou onderstreept hebben
wij zouden onderstreept hebben
jullie zouden onderstreept hebben
zij zouden onderstreept hebben

Gebiedende wijs
onderstreep

Aanvoegende wijs
onderstrepe

Voorbeelden

  1. Ze onderstreep ze twee á drie keer.
    She underlines them two or three times.
  2. Ik onderstreep dat we alleen emotionele beschuldigingen hebben van een gekwelde jongen.
    I will point out that all we have are the emotional accusations of a very troubled boy.
  3. Ik kan het belang van deze afspraak niet genoeg onderstrepen.
    I cannot emphasise too strongly the importance of this meeting.
  4. Ik zou het onderstrepen, maar... ik mag hier geen pen hebben.
    I would red-line it, but... I 'm not allowed to have a pencil.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden