Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: oculeren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
geoculeerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik oculeer
jij oculeert
hij oculeert
wij oculeren
jullie oculeren
zij oculeren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb geoculeerd
jij hebt geoculeerd
hij heeft geoculeerd
wij hebben geoculeerd
jullie hebben geoculeerd
zij hebben geoculeerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik oculeerde
jij oculeerde
hij oculeerde
wij oculeerden
jullie oculeerden
zij oculeerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had geoculeerd
jij had geoculeerd
hij had geoculeerd
wij hadden geoculeerd
jullie hadden geoculeerd
zij hadden geoculeerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal oculeren
jij zult oculeren
hij zal oculeren
wij zullen oculeren
jullie zullen oculeren
zij zullen oculeren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal geoculeerd hebben
jij zult geoculeerd hebben
hij zal geoculeerd hebben
wij zullen geoculeerd hebben
jullie zullen geoculeerd hebben
zij zullen geoculeerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou oculeren
jij zou oculeren
hij zou oculeren
wij zouden oculeren
jullie zouden oculeren
zij zouden oculeren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou geoculeerd hebben
jij zou geoculeerd hebben
hij zou geoculeerd hebben
wij zouden geoculeerd hebben
jullie zouden geoculeerd hebben
zij zouden geoculeerd hebben

Gebiedende wijs
oculeer

Aanvoegende wijs
oculere

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden