Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: objectiveren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
geobjectiveerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik objectiveer
jij objectiveert
hij objectiveert
wij objectiveren
jullie objectiveren
zij objectiveren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb geobjectiveerd
jij hebt geobjectiveerd
hij heeft geobjectiveerd
wij hebben geobjectiveerd
jullie hebben geobjectiveerd
zij hebben geobjectiveerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik objectiveerde
jij objectiveerde
hij objectiveerde
wij objectiveerden
jullie objectiveerden
zij objectiveerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had geobjectiveerd
jij had geobjectiveerd
hij had geobjectiveerd
wij hadden geobjectiveerd
jullie hadden geobjectiveerd
zij hadden geobjectiveerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal objectiveren
jij zult objectiveren
hij zal objectiveren
wij zullen objectiveren
jullie zullen objectiveren
zij zullen objectiveren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal geobjectiveerd hebben
jij zult geobjectiveerd hebben
hij zal geobjectiveerd hebben
wij zullen geobjectiveerd hebben
jullie zullen geobjectiveerd hebben
zij zullen geobjectiveerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou objectiveren
jij zou objectiveren
hij zou objectiveren
wij zouden objectiveren
jullie zouden objectiveren
zij zouden objectiveren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou geobjectiveerd hebben
jij zou geobjectiveerd hebben
hij zou geobjectiveerd hebben
wij zouden geobjectiveerd hebben
jullie zouden geobjectiveerd hebben
zij zouden geobjectiveerd hebben

Gebiedende wijs
objectiveer

Aanvoegende wijs
objectivere

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden