Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: noteren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
genoteerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik noteer
jij noteert
hij noteert
wij noteren
jullie noteren
zij noteren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb genoteerd
jij hebt genoteerd
hij heeft genoteerd
wij hebben genoteerd
jullie hebben genoteerd
zij hebben genoteerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik noteerde
jij noteerde
hij noteerde
wij noteerden
jullie noteerden
zij noteerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had genoteerd
jij had genoteerd
hij had genoteerd
wij hadden genoteerd
jullie hadden genoteerd
zij hadden genoteerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal noteren
jij zult noteren
hij zal noteren
wij zullen noteren
jullie zullen noteren
zij zullen noteren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal genoteerd hebben
jij zult genoteerd hebben
hij zal genoteerd hebben
wij zullen genoteerd hebben
jullie zullen genoteerd hebben
zij zullen genoteerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou noteren
jij zou noteren
hij zou noteren
wij zouden noteren
jullie zouden noteren
zij zouden noteren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou genoteerd hebben
jij zou genoteerd hebben
hij zou genoteerd hebben
wij zouden genoteerd hebben
jullie zouden genoteerd hebben
zij zouden genoteerd hebben

Gebiedende wijs
noteer

Aanvoegende wijs
notere

Voorbeelden

  1. Watson, noteer dat.
    Watson, make a note of that.
  2. Noteer' t nummerbord.
    Get a license plate number.
  3. Noteer dit, Levin.
    Make a note, Levin.
  4. Sergeant, noteer het.
    Acting Sergeant, make a note.
  5. Noteer dit nummer.
    Write this number down.
  6. Noteer mijn woorden, zoon.
    You mark my words, son.
  7. En, noteer je het?
    Well, are you writing it down?
  8. 1521, noteer me maar.
    1521, mark me on that.
  9. Ik noteer de getallen...
    I 'm taking down the numbers
  10. Bezwaar afgewezen, noteer dat.
    Objection is overruled, for the record.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden