NL: nasynchroniseren
U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.
|
| Voltooid deelwoord |
nagesynchroniseerd
|
| Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) |
ik synchroniseer na
jij synchroniseert na
hij synchroniseert na
wij synchroniseren na
jullie synchroniseren na
zij synchroniseren na
|
| Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde |
dat ik nasynchroniseer
dat jij nasynchroniseert
dat hij nasynchroniseert
dat wij nasynchroniseren
dat jullie nasynchroniseren
dat zij nasynchroniseren
|
| Voltooid tegenwoordige tijd (vtt) |
ik heb nagesynchroniseerd
jij hebt nagesynchroniseerd
hij heeft nagesynchroniseerd
wij hebben nagesynchroniseerd
jullie hebben nagesynchroniseerd
zij hebben nagesynchroniseerd
|
| Onvoltooid verleden tijd (ovt) |
ik synchroniseerde na
jij synchroniseerde na
hij synchroniseerde na
wij synchroniseerden na
jullie synchroniseerden na
zij synchroniseerden na
|
| Verleden tijd, bijzinsvolgorde |
dat ik nasynchroniseerde
dat jij nasynchroniseerde
dat hij nasynchroniseerde
dat wij nasynchroniseerden
dat jullie nasynchroniseerden
dat zij nasynchroniseerden
|
| Voltooid verleden tijd (vvt) |
ik had nagesynchroniseerd
jij had nagesynchroniseerd
hij had nagesynchroniseerd
wij hadden nagesynchroniseerd
jullie hadden nagesynchroniseerd
zij hadden nagesynchroniseerd
|
| Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt) |
ik zal nasynchroniseren
jij zult nasynchroniseren
hij zal nasynchroniseren
wij zullen nasynchroniseren
jullie zullen nasynchroniseren
zij zullen nasynchroniseren
|
| Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt) |
ik zal nagesynchroniseerd hebben
jij zult nagesynchroniseerd hebben
hij zal nagesynchroniseerd hebben
wij zullen nagesynchroniseerd hebben
jullie zullen nagesynchroniseerd hebben
zij zullen nagesynchroniseerd hebben
|
| Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt) |
ik zou nasynchroniseren
jij zou nasynchroniseren
hij zou nasynchroniseren
wij zouden nasynchroniseren
jullie zouden nasynchroniseren
zij zouden nasynchroniseren
|
| Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt) |
ik zou nagesynchroniseerd hebben
jij zou nagesynchroniseerd hebben
hij zou nagesynchroniseerd hebben
wij zouden nagesynchroniseerd hebben
jullie zouden nagesynchroniseerd hebben
zij zouden nagesynchroniseerd hebben
|
| Gebiedende wijs |
synchroniseer na
|
| Aanvoegende wijs |
| nasynchronisere |
Nederlandse werkwoorden
Duitse werkwoorden
Engelse werkwoorden
Franse werkwoorden
Spaanse werkwoorden