1. MWB
  2. Werkwoord vervoegen
  3. multiply

Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

EN: to multiply    Vertaal    Voorbeelden    Synoniemen
Gerund
multiplying

Present simple (ott)
I multiply
you multiply
he multiplies
we multiply
you multiply
they multiply

Present perfect (vtt)
I have multiplied
you have multiplied
he has multiplied
we have multiplied
you have multiplied
they have multiplied

Past Simple (ovt)
I multiplied
you multiplied
he multiplied
we multiplied
you multiplied
they multiplied

Past perfect (vvt)
I had multiplied
you had multiplied
he had multiplied
we had multiplied
you had multiplied
they had multiplied

Present future (ottt)
I will multiply
you will multiply
he will multiply
we will multiply
you will multiply
they will multiply

Present future perfect (vttt)
I will have multiplied
you will have multiplied
he will have multiplied
we will have multiplied
you will have multiplied
they will have multiplied

Past future (ovtt)
I would multiply
you would multiply
he would multiply
we would multiply
you would multiply
they would multiply

Past future perfect (vvtt)
I would have multiplied
you would have multiplied
he would have multiplied
we would have multiplied
you would have multiplied
they would have multiplied


Voorbeelden

  1. Generate? To multiply...
    Bij het vermenigvuldigen...
  2. They multiply by masturbation.
    Ze reproduceren door masturbatie.
  3. They multiply like gremlins.
    Ze vermenigvuldigen zich als gremlins.
  4. Multiply it by 0.62.
    Vermenigvuldig het met 0,62.
  5. We need to multiply.
    We moeten ons voortplanten.
  6. They will multiply until....
    Ze vermenigvuldigen zichzelf tot...
  7. Unless you multiply different divisions...
    Tenzij u vermenig - vuldigt verschillende divisies...
  8. She can multiply large sums.
    Ze kan razendsnel rekenen.
  9. We do need to multiply.
    We moeten ons voortplanten
  10. I can multiply my sixes.
    Ik ken de tafel van zes.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden



Vaakst vervoegd

Hier zie je een overzicht van de 30 vaakst vervoegde werkwoorden voor de vijf talen die we op mijnwoordenboek gebruiken.

Nederlandse werkwoorden

willen verdienen worden zijn vinden bedoelen kunnen houden hebben meten vermelden vertellen varen gelden beantwoorden zeggen bestellen begeleiden updaten reizen bereiden leiden plannen gaan verwijderen stelen bidden besteden denken bellen

Franse werkwoorden

être avoir aller faire pouvoir vouloir venir devoir voir prendre savoir partir connaître recevoir dire mettre finir lire boire choisir envoyer sortir falloir dormir écrire appeler croire manger devenir vivre

Duitse werkwoorden

sein werden haben können mögen gehen wollen müssen essen finden sehen stressen lesen dürfen fahren misten sollen kommen nehmen tun machen geben sprechen lassen helfen laufen arbeiten wohnen schlafen halten

Spaanse werkwoorden

ser sentir tener hacer ver teñir ir estar servir haber poder mentir querer dar fuir saber decir hablar salir empezar volver comer seguir vivir gustar pedir encontrar grillarse latir pensar llamar conocer preferir jugar llegar

Engelse werkwoorden

send read be have spend choose go lead mean hear teach lie think see quit can do build meet take say get run fall fair buy put eat lay make learn wear begin barbecue will give find want know drink work write try