Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: mobiliseren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gemobiliseerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik mobiliseer
jij mobiliseert
hij mobiliseert
wij mobiliseren
jullie mobiliseren
zij mobiliseren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gemobiliseerd
jij hebt gemobiliseerd
hij heeft gemobiliseerd
wij hebben gemobiliseerd
jullie hebben gemobiliseerd
zij hebben gemobiliseerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik mobiliseerde
jij mobiliseerde
hij mobiliseerde
wij mobiliseerden
jullie mobiliseerden
zij mobiliseerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gemobiliseerd
jij had gemobiliseerd
hij had gemobiliseerd
wij hadden gemobiliseerd
jullie hadden gemobiliseerd
zij hadden gemobiliseerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal mobiliseren
jij zult mobiliseren
hij zal mobiliseren
wij zullen mobiliseren
jullie zullen mobiliseren
zij zullen mobiliseren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gemobiliseerd hebben
jij zult gemobiliseerd hebben
hij zal gemobiliseerd hebben
wij zullen gemobiliseerd hebben
jullie zullen gemobiliseerd hebben
zij zullen gemobiliseerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou mobiliseren
jij zou mobiliseren
hij zou mobiliseren
wij zouden mobiliseren
jullie zouden mobiliseren
zij zouden mobiliseren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gemobiliseerd hebben
jij zou gemobiliseerd hebben
hij zou gemobiliseerd hebben
wij zouden gemobiliseerd hebben
jullie zouden gemobiliseerd hebben
zij zouden gemobiliseerd hebben

Gebiedende wijs
mobiliseer

Aanvoegende wijs
mobilisere

Voorbeelden

  1. Teams, mobiliseer.
    Tactical teams, mobilize.
  2. Mobiliseer alle troepen!
    Mobilize all my troops!
  3. Mobiliseer de arbeiders.
    Mobilize the workers.
  4. Mobiliseer de troepen.
    Rally the troops.
  5. Mobiliseer ze onmiddellijk.
    Mobilize them immediately.
  6. Ik mobiliseer de luchtmacht!
    I 'll get our air defences up!
  7. Goed, mobiliseer het team.
    All right, mobilize the team.
  8. Mobiliseer S.T.R.I.K.E.-eenheid, 25e etage.
    Mobilise S.T.R.l.K.E. units, 25th floor.
  9. Alle eenheden, mobiliseer en onderschep.
    All units, mobilize to intercept.
  10. Viv, mobiliseer alle eenheden in het gebied.
    Viv, mobilise all units in the area.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden