Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: meewerken

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
meegewerkt

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik werk mee
jij werkt mee
hij werkt mee
wij werken mee
jullie werken mee
zij werken mee

Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde
dat ik meewerk
dat jij meewerkt
dat hij meewerkt
dat wij meewerken
dat jullie meewerken
dat zij meewerken

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb meegewerkt
jij hebt meegewerkt
hij heeft meegewerkt
wij hebben meegewerkt
jullie hebben meegewerkt
zij hebben meegewerkt

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik werkte mee
jij werkte mee
hij werkte mee
wij werkten mee
jullie werkten mee
zij werkten mee

Verleden tijd, bijzinsvolgorde
dat ik meewerkte
dat jij meewerkte
dat hij meewerkte
dat wij meewerkten
dat jullie meewerkten
dat zij meewerkten

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had meegewerkt
jij had meegewerkt
hij had meegewerkt
wij hadden meegewerkt
jullie hadden meegewerkt
zij hadden meegewerkt

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal meewerken
jij zult meewerken
hij zal meewerken
wij zullen meewerken
jullie zullen meewerken
zij zullen meewerken

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal meegewerkt hebben
jij zult meegewerkt hebben
hij zal meegewerkt hebben
wij zullen meegewerkt hebben
jullie zullen meegewerkt hebben
zij zullen meegewerkt hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou meewerken
jij zou meewerken
hij zou meewerken
wij zouden meewerken
jullie zouden meewerken
zij zouden meewerken

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou meegewerkt hebben
jij zou meegewerkt hebben
hij zou meegewerkt hebben
wij zouden meegewerkt hebben
jullie zouden meegewerkt hebben
zij zouden meegewerkt hebben

Gebiedende wijs
werk mee

Aanvoegende wijs
meewerke

Voorbeelden

  1. Werk mee, schatje.
    Just cooperate, honey.
  2. Oke, Ik werk mee.
    Okay, I 'll cooperate.
  3. Hey, ik werk mee.
    Hey, I 'm cooperating here.
  4. Rustig, ik werk mee.
    Just stay cool. I 'm with you.
  5. Kom op, toetsenbord werk mee.
    Come on keypad, work with me.
  6. Kom op, werk mee, jongen.
    Come on. Work with me, boy.
  7. Werk mee tot we buiten zijn.
    work to we outside its.
  8. Werk mee en alles komt goed.
    Cooperate and you 'll be fine.
  9. Nemen we werk mee naar huis?
    Are we taking work home?
  10. Werk mee. Vertel hem de waarheid.
    From now on, complete cooperation.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden