1. MWB
  2. Werkwoord vervoegen
  3. loslopen

Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: loslopen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
losgelopen

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik loop los
jij loopt los
hij loopt los
wij lopen los
jullie lopen los
zij lopen los

Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde
dat ik losloop
dat jij losloopt
dat hij losloopt
dat wij loslopen
dat jullie loslopen
dat zij loslopen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik ben losgelopen
jij bent losgelopen
hij is losgelopen
wij zijn losgelopen
jullie zijn losgelopen
zij zijn losgelopen

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik liep los
jij liep los
hij liep los
wij liepen los
jullie liepen los
zij liepen los

Verleden tijd, bijzinsvolgorde
dat ik losliep
dat jij losliep
dat hij losliep
dat wij losliepen
dat jullie losliepen
dat zij losliepen

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik was losgelopen
jij was losgelopen
hij was losgelopen
wij waren losgelopen
jullie waren losgelopen
zij waren losgelopen

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal loslopen
jij zult loslopen
hij zal loslopen
wij zullen loslopen
jullie zullen loslopen
zij zullen loslopen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal losgelopen zijn
jij zult losgelopen zijn
hij zal losgelopen zijn
wij zullen losgelopen zijn
jullie zullen losgelopen zijn
zij zullen losgelopen zijn

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou loslopen
jij zou loslopen
hij zou loslopen
wij zouden loslopen
jullie zouden loslopen
zij zouden loslopen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou losgelopen zijn
jij zou losgelopen zijn
hij zou losgelopen zijn
wij zouden losgelopen zijn
jullie zouden losgelopen zijn
zij zouden losgelopen zijn

Gebiedende wijs
loop los

Aanvoegende wijs
loslope

Voorbeelden

  1. Dat zal wel loslopen.
    They won 't kill you.
  2. Het zal wel loslopen.
    It 's not going to be all that bad.
  3. Het zal wel loslopen.
    I 'm gonna be okay.
  4. Het zal wel loslopen.
    It 'll be all right.
  5. Charlotte heeft gelijk. Het zal wel loslopen.
    I think Charlotte 's right, there are ways to work this out.
  6. We kunnen niet zomaar honden laten loslopen.
    We can 't have dogs running around on the loose.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden



Vaakst vervoegd

Hier zie je een overzicht van de 30 vaakst vervoegde werkwoorden voor de vijf talen die we op mijnwoordenboek gebruiken.

Nederlandse werkwoorden

willen verdienen worden zijn vinden bedoelen kunnen houden hebben meten vermelden vertellen varen gelden beantwoorden zeggen bestellen begeleiden updaten reizen bereiden leiden plannen gaan verwijderen stelen bidden besteden denken bellen

Franse werkwoorden

être avoir aller faire pouvoir vouloir venir devoir voir prendre savoir partir connaître recevoir dire mettre finir lire boire choisir envoyer sortir falloir dormir écrire appeler croire manger devenir vivre

Duitse werkwoorden

sein werden haben können mögen gehen wollen müssen essen finden sehen stressen lesen dürfen fahren misten sollen kommen nehmen tun machen geben sprechen lassen helfen laufen arbeiten wohnen schlafen halten

Spaanse werkwoorden

ser sentir tener hacer ver teñir ir estar servir haber poder mentir querer dar fuir saber decir hablar salir empezar volver comer seguir vivir gustar pedir encontrar grillarse latir pensar llamar conocer preferir jugar llegar

Engelse werkwoorden

send read be have spend choose go lead mean hear teach lie think see quit can do build meet take say get run fall fair buy put eat lay make learn wear begin barbecue will give find want know drink work write try