NL: lobbyen U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.
|
| Voltooid deelwoord |
gelobbyd
|
| Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) |
ik lobby jij lobbyt hij lobbyt wij lobbyen jullie lobbyen zij lobbyen
|
| Voltooid tegenwoordige tijd (vtt) |
ik heb gelobbyd jij hebt gelobbyd hij heeft gelobbyd wij hebben gelobbyd jullie hebben gelobbyd zij hebben gelobbyd
|
| Onvoltooid verleden tijd (ovt) |
ik lobbyde jij lobbyde hij lobbyde wij lobbyden jullie lobbyden zij lobbyden
|
| Voltooid verleden tijd (vvt) |
ik had gelobbyd jij had gelobbyd hij had gelobbyd wij hadden gelobbyd jullie hadden gelobbyd zij hadden gelobbyd
|
| Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt) |
ik zal lobbyen jij zult lobbyen hij zal lobbyen wij zullen lobbyen jullie zullen lobbyen zij zullen lobbyen
|
| Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt) |
ik zal gelobbyd hebben jij zult gelobbyd hebben hij zal gelobbyd hebben wij zullen gelobbyd hebben jullie zullen gelobbyd hebben zij zullen gelobbyd hebben
|
| Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt) |
ik zou lobbyen jij zou lobbyen hij zou lobbyen wij zouden lobbyen jullie zouden lobbyen zij zouden lobbyen
|
| Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt) |
ik zou gelobbyd hebben jij zou gelobbyd hebben hij zou gelobbyd hebben wij zouden gelobbyd hebben jullie zouden gelobbyd hebben zij zouden gelobbyd hebben
|
| Gebiedende wijs |
lobby
|
| Aanvoegende wijs |
| lobbye |