Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: lezen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gelezen

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik lees
jij leest
hij leest
wij lezen
jullie lezen
zij lezen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gelezen
jij hebt gelezen
hij heeft gelezen
wij hebben gelezen
jullie hebben gelezen
zij hebben gelezen

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik las
jij las
hij las
wij lazen
jullie lazen
zij lazen

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gelezen
jij had gelezen
hij had gelezen
wij hadden gelezen
jullie hadden gelezen
zij hadden gelezen

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal lezen
jij zult lezen
hij zal lezen
wij zullen lezen
jullie zullen lezen
zij zullen lezen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gelezen hebben
jij zult gelezen hebben
hij zal gelezen hebben
wij zullen gelezen hebben
jullie zullen gelezen hebben
zij zullen gelezen hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou lezen
jij zou lezen
hij zou lezen
wij zouden lezen
jullie zouden lezen
zij zouden lezen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gelezen hebben
jij zou gelezen hebben
hij zou gelezen hebben
wij zouden gelezen hebben
jullie zouden gelezen hebben
zij zouden gelezen hebben

Gebiedende wijs
lees

Aanvoegende wijs
leze

Voorbeelden

  1. Lees, lees, lees.
    Read, read, read.
  2. Lees.
    Read this.
  3. Lees!
    Read!
  4. Ik lees.
    I read.
  5. Ik lees.
    I'm reading.
  6. Lees Shakespeare.
    Read your shakespeare.
  7. Lees je programma.
    Read your programme.
  8. Lees het onderweg.
    Read it on the way.
  9. Lees mijn octrooiaanvraag.
    Read my patent application.
  10. Lees dit document.
    Read this document.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden