Voorbeelden

1. Hogarth, tell me how to legitimize the video.
   Hogarth, hoe maak ik die video legitiem?
2. Doing it now would only legitimize this paranoia.
   We zouden alleen de paranoia rechtvaardigen.
3. The queen knows of my plan to legitimize you.
   De koningin kent mijn plan om jou te legitimeren.
4. He was trying to use my company to legitimize himself.
   Hij probeerde mijn bedrijf te gebruiken om zichzelf te rechtvaardigen.
5. You have no idea what I 've gone through to legitimize myself.
   Je weet echt niet wat ik heb moeten doen om mezelf te legitimeren.
6. The only way to do that is to help legitimize families like this.
   De enige manier om dat te doen is door deze families legaal te maken.
7. So the wedding will legitimize your union in the eyes of the Daxamite people.
   De bruiloft maakt het officieel voor de Daxamieten.
8. The queen and I will sign a treaty that will legitimize our occupation here.
   De Koningin zal onze bezetting via een verdrag goedkeuren.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden

Duitse werkwoorden

Engelse werkwoorden

Franse werkwoorden

Spaanse werkwoorden