Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: krukken

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gekrukt

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik kruk
jij krukt
hij krukt
wij krukken
jullie krukken
zij krukken

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gekrukt
jij hebt gekrukt
hij heeft gekrukt
wij hebben gekrukt
jullie hebben gekrukt
zij hebben gekrukt

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik krukte
jij krukte
hij krukte
wij krukten
jullie krukten
zij krukten

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gekrukt
jij had gekrukt
hij had gekrukt
wij hadden gekrukt
jullie hadden gekrukt
zij hadden gekrukt

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal krukken
jij zult krukken
hij zal krukken
wij zullen krukken
jullie zullen krukken
zij zullen krukken

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gekrukt hebben
jij zult gekrukt hebben
hij zal gekrukt hebben
wij zullen gekrukt hebben
jullie zullen gekrukt hebben
zij zullen gekrukt hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou krukken
jij zou krukken
hij zou krukken
wij zouden krukken
jullie zouden krukken
zij zouden krukken

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gekrukt hebben
jij zou gekrukt hebben
hij zou gekrukt hebben
wij zouden gekrukt hebben
jullie zouden gekrukt hebben
zij zouden gekrukt hebben

Gebiedende wijs
kruk

Aanvoegende wijs
krukke

Voorbeelden

  1. Die kruk is kapot.
    That stool is broken.
  2. De kruk zit vast.
    The winch is jammed.
  3. Ze heeft een kruk.
    She got a step stool.
  4. Eleanor, pak de kruk.
    Eleanor, take the crutch.
  5. is deze kruk bezet?
    Is this seat taken?
  6. De kruk zit vast.
    The winch is stuck.
  7. Ik heb een kruk, stommeling.
    I have a step stool, stupid.
  8. Het was maar een kruk.
    It was just a stool.
  9. Ja, dat is mijn kruk.
    No, that 's... that 's my stool.
  10. Geef m' n kruk eens.
    Hand me my crutch.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden