Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: kraken

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gekraakt

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik kraak
jij kraakt
hij kraakt
wij kraken
jullie kraken
zij kraken

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gekraakt
jij hebt gekraakt
hij heeft gekraakt
wij hebben gekraakt
jullie hebben gekraakt
zij hebben gekraakt

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik kraakte
jij kraakte
hij kraakte
wij kraakten
jullie kraakten
zij kraakten

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gekraakt
jij had gekraakt
hij had gekraakt
wij hadden gekraakt
jullie hadden gekraakt
zij hadden gekraakt

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal kraken
jij zult kraken
hij zal kraken
wij zullen kraken
jullie zullen kraken
zij zullen kraken

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gekraakt hebben
jij zult gekraakt hebben
hij zal gekraakt hebben
wij zullen gekraakt hebben
jullie zullen gekraakt hebben
zij zullen gekraakt hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou kraken
jij zou kraken
hij zou kraken
wij zouden kraken
jullie zouden kraken
zij zouden kraken

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gekraakt hebben
jij zou gekraakt hebben
hij zou gekraakt hebben
wij zouden gekraakt hebben
jullie zouden gekraakt hebben
zij zouden gekraakt hebben

Gebiedende wijs
kraak

Aanvoegende wijs
krake

Voorbeelden

  1. Kraak de kluis... nu.
    Crack the safe... now.
  2. Een kleine kraak nu.
    One little crack now.
  3. Kraak me niet af.
    Don 't talk smack.
  4. Ik kraak het niet af.
    I 'm not knocking it.
  5. En daar is die kraak.
    And there 's the crunch.
  6. Deze kraak duurt 60 seconden.
    The cable hack will last exactly 60 seconds.
  7. Ik kraak en het beeft.
    I 'm cracking and banking.
  8. Kraak het telefoon monitoring apparaat.
    Tap into the phone monitoring device.
  9. Ik kraak wel een spionagesatelliet.
    I 'll hack into some surveillance on the place.
  10. Kraak jezelf niet zo af, Chuck.
    Stop underselling yourself, Chuck.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden