Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: knuffelen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
geknuffeld

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik knuffel
jij knuffelt
hij knuffelt
wij knuffelen
jullie knuffelen
zij knuffelen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb geknuffeld
jij hebt geknuffeld
hij heeft geknuffeld
wij hebben geknuffeld
jullie hebben geknuffeld
zij hebben geknuffeld

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik knuffelde
jij knuffelde
hij knuffelde
wij knuffelden
jullie knuffelden
zij knuffelden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had geknuffeld
jij had geknuffeld
hij had geknuffeld
wij hadden geknuffeld
jullie hadden geknuffeld
zij hadden geknuffeld

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal knuffelen
jij zult knuffelen
hij zal knuffelen
wij zullen knuffelen
jullie zullen knuffelen
zij zullen knuffelen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal geknuffeld hebben
jij zult geknuffeld hebben
hij zal geknuffeld hebben
wij zullen geknuffeld hebben
jullie zullen geknuffeld hebben
zij zullen geknuffeld hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou knuffelen
jij zou knuffelen
hij zou knuffelen
wij zouden knuffelen
jullie zouden knuffelen
zij zouden knuffelen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou geknuffeld hebben
jij zou geknuffeld hebben
hij zou geknuffeld hebben
wij zouden geknuffeld hebben
jullie zouden geknuffeld hebben
zij zouden geknuffeld hebben

Gebiedende wijs
knuffel

Aanvoegende wijs
knuffele

Voorbeelden

  1. Een knuffel nodig?
    Do you need a huggie?
  2. Knuffel wedstrijd kampioen!
    Ha ha ha! Hug battle champion!
  3. Knuffel geen Zombies.
    Don 't hug the zombies.
  4. Lois, knuffel- - alsjeblieft.
    Lois, hug- - you got it.
  5. Kom, 'n knuffel.
    Give me a hug.
  6. Alsjeblieft, dikke knuffel.
    There you go. Nice big hug.
  7. Geef Beth een knuffel.
    Come give Beth a hug.
  8. Geef hem een knuffel.
    Give him a cuddle.
  9. Geef mekaar een knuffel.
    let 's hug it out.
  10. Wil je een knuffel?
    Were you wishing for a cuddle?

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden