Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: inzoomen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
ingezoomd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik zoom in
jij zoomt in
hij zoomt in
wij zoomen in
jullie zoomen in
zij zoomen in

Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde
dat ik inzoom
dat jij inzoomt
dat hij inzoomt
dat wij inzoomen
dat jullie inzoomen
dat zij inzoomen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb ingezoomd
jij hebt ingezoomd
hij heeft ingezoomd
wij hebben ingezoomd
jullie hebben ingezoomd
zij hebben ingezoomd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik zoomde in
jij zoomde in
hij zoomde in
wij zoomden in
jullie zoomden in
zij zoomden in

Verleden tijd, bijzinsvolgorde
dat ik inzoomde
dat jij inzoomde
dat hij inzoomde
dat wij inzoomden
dat jullie inzoomden
dat zij inzoomden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had ingezoomd
jij had ingezoomd
hij had ingezoomd
wij hadden ingezoomd
jullie hadden ingezoomd
zij hadden ingezoomd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal inzoomen
jij zult inzoomen
hij zal inzoomen
wij zullen inzoomen
jullie zullen inzoomen
zij zullen inzoomen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal ingezoomd hebben
jij zult ingezoomd hebben
hij zal ingezoomd hebben
wij zullen ingezoomd hebben
jullie zullen ingezoomd hebben
zij zullen ingezoomd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou inzoomen
jij zou inzoomen
hij zou inzoomen
wij zouden inzoomen
jullie zouden inzoomen
zij zouden inzoomen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou ingezoomd hebben
jij zou ingezoomd hebben
hij zou ingezoomd hebben
wij zouden ingezoomd hebben
jullie zouden ingezoomd hebben
zij zouden ingezoomd hebben

Gebiedende wijs
zoom in

Aanvoegende wijs
inzoome

Voorbeelden

  1. Camera twee, zoom in.
    Camera two, pan in.
  2. Zoom in en verbeter.
    And push in and enhance.
  3. Wacht, Ik zoom in.
    Wait, I 'll zoom in.
  4. Goed, ik zoom in.
    All right, zooming in.
  5. Zoom in op het hoofdschip.
    Magnify the lead ship.
  6. Zoom in op dat shot.
    You take that shot.
  7. Zoom in op het blondje,
    Get tight on the blonde.
  8. Zoom in op de gezichten.
    Zoom in on those faces.
  9. Ik neem de zoom in.
    I 'm gonna take up the hem.
  10. Zoom in op zijn rechterarm.
    Zoom in on his right arm.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden