Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: inzetten

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
ingezet

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik zet in
jij zet in
hij zet in
wij zetten in
jullie zetten in
zij zetten in

Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde
dat ik inzet
dat jij inzet
dat hij inzet
dat wij inzetten
dat jullie inzetten
dat zij inzetten

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb ingezet
jij hebt ingezet
hij heeft ingezet
wij hebben ingezet
jullie hebben ingezet
zij hebben ingezet

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik zette in
jij zette in
hij zette in
wij zetten in
jullie zetten in
zij zetten in

Verleden tijd, bijzinsvolgorde
dat ik inzette
dat jij inzette
dat hij inzette
dat wij inzetten
dat jullie inzetten
dat zij inzetten

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had ingezet
jij had ingezet
hij had ingezet
wij hadden ingezet
jullie hadden ingezet
zij hadden ingezet

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal inzetten
jij zult inzetten
hij zal inzetten
wij zullen inzetten
jullie zullen inzetten
zij zullen inzetten

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal ingezet hebben
jij zult ingezet hebben
hij zal ingezet hebben
wij zullen ingezet hebben
jullie zullen ingezet hebben
zij zullen ingezet hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou inzetten
jij zou inzetten
hij zou inzetten
wij zouden inzetten
jullie zouden inzetten
zij zouden inzetten

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou ingezet hebben
jij zou ingezet hebben
hij zou ingezet hebben
wij zouden ingezet hebben
jullie zouden ingezet hebben
zij zouden ingezet hebben

Gebiedende wijs
zet in

Aanvoegende wijs
inzette

Voorbeelden

  1. Zet in de versnelling.
    Initiating accelerator.
  2. Ik zet in op Sydney.
    My money 's on Sydney.
  3. Zet in op de winnaar
    Bet on the winner.
  4. Hou je mond en zet in.
    Shut up and place your bet.
  5. Zet in voor mij, Chet, he?
    Sit in for me, Chet, huh?
  6. Ik zet in op de tempeliers.
    I put on the Templars.
  7. En ik zet in het werk.
    And I just put in work.
  8. Stop met zeveren en zet in.
    Quit babbling and make your bet.
  9. Zet in, de tijd tikt weg.
    Place your bets, time is ticking.
  10. De dame zet in. Kom op.
    Lady bets. Let's keep it moving .

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden