NL: intunen U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.
|
| Voltooid deelwoord |
ingetuned
|
| Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) |
ik tune in jij tunet in hij tunet in wij tunen in jullie tunen in zij tunen in
|
| Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde |
dat ik intune dat jij intunet dat hij intunet dat wij intunen dat jullie intunen dat zij intunen
|
| Voltooid tegenwoordige tijd (vtt) |
ik heb ingetuned jij hebt ingetuned hij heeft ingetuned wij hebben ingetuned jullie hebben ingetuned zij hebben ingetuned
|
| Onvoltooid verleden tijd (ovt) |
ik tunede in jij tunede in hij tunede in wij tuneden in jullie tuneden in zij tuneden in
|
| Verleden tijd, bijzinsvolgorde |
dat ik intunede dat jij intunede dat hij intunede dat wij intuneden dat jullie intuneden dat zij intuneden
|
| Voltooid verleden tijd (vvt) |
ik had ingetuned jij had ingetuned hij had ingetuned wij hadden ingetuned jullie hadden ingetuned zij hadden ingetuned
|
| Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt) |
ik zal intunen jij zult intunen hij zal intunen wij zullen intunen jullie zullen intunen zij zullen intunen
|
| Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt) |
ik zal ingetuned hebben jij zult ingetuned hebben hij zal ingetuned hebben wij zullen ingetuned hebben jullie zullen ingetuned hebben zij zullen ingetuned hebben
|
| Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt) |
ik zou intunen jij zou intunen hij zou intunen wij zouden intunen jullie zouden intunen zij zouden intunen
|
| Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt) |
ik zou ingetuned hebben jij zou ingetuned hebben hij zou ingetuned hebben wij zouden ingetuned hebben jullie zouden ingetuned hebben zij zouden ingetuned hebben
|
| Gebiedende wijs |
tune in
|
| Aanvoegende wijs |
| intune |