NL: insourcen
U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.
|
| Voltooid deelwoord |
ingesourcet
|
| Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) |
ik source in
jij sourcet in
hij sourcet in
wij sourcen in
jullie sourcen in
zij sourcen in
|
| Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde |
dat ik insource
dat jij insourcet
dat hij insourcet
dat wij insourcen
dat jullie insourcen
dat zij insourcen
|
| Voltooid tegenwoordige tijd (vtt) |
ik heb ingesourcet
jij hebt ingesourcet
hij heeft ingesourcet
wij hebben ingesourcet
jullie hebben ingesourcet
zij hebben ingesourcet
|
| Onvoltooid verleden tijd (ovt) |
ik sourcete in
jij sourcete in
hij sourcete in
wij sourceten in
jullie sourceten in
zij sourceten in
|
| Verleden tijd, bijzinsvolgorde |
dat ik insourcete
dat jij insourcete
dat hij insourcete
dat wij insourceten
dat jullie insourceten
dat zij insourceten
|
| Voltooid verleden tijd (vvt) |
ik had ingesourcet
jij had ingesourcet
hij had ingesourcet
wij hadden ingesourcet
jullie hadden ingesourcet
zij hadden ingesourcet
|
| Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt) |
ik zal insourcen
jij zult insourcen
hij zal insourcen
wij zullen insourcen
jullie zullen insourcen
zij zullen insourcen
|
| Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt) |
ik zal ingesourcet hebben
jij zult ingesourcet hebben
hij zal ingesourcet hebben
wij zullen ingesourcet hebben
jullie zullen ingesourcet hebben
zij zullen ingesourcet hebben
|
| Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt) |
ik zou insourcen
jij zou insourcen
hij zou insourcen
wij zouden insourcen
jullie zouden insourcen
zij zouden insourcen
|
| Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt) |
ik zou ingesourcet hebben
jij zou ingesourcet hebben
hij zou ingesourcet hebben
wij zouden ingesourcet hebben
jullie zouden ingesourcet hebben
zij zouden ingesourcet hebben
|
| Gebiedende wijs |
source in
|
| Aanvoegende wijs |
| insource |
Nederlandse werkwoorden
Duitse werkwoorden
Engelse werkwoorden
Franse werkwoorden
Spaanse werkwoorden