Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: insisteren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
geïnsisteerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik insisteer
jij insisteert
hij insisteert
wij insisteren
jullie insisteren
zij insisteren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb geïnsisteerd
jij hebt geïnsisteerd
hij heeft geïnsisteerd
wij hebben geïnsisteerd
jullie hebben geïnsisteerd
zij hebben geïnsisteerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik insisteerde
jij insisteerde
hij insisteerde
wij insisteerden
jullie insisteerden
zij insisteerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had geïnsisteerd
jij had geïnsisteerd
hij had geïnsisteerd
wij hadden geïnsisteerd
jullie hadden geïnsisteerd
zij hadden geïnsisteerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal insisteren
jij zult insisteren
hij zal insisteren
wij zullen insisteren
jullie zullen insisteren
zij zullen insisteren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal geïnsisteerd hebben
jij zult geïnsisteerd hebben
hij zal geïnsisteerd hebben
wij zullen geïnsisteerd hebben
jullie zullen geïnsisteerd hebben
zij zullen geïnsisteerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou insisteren
jij zou insisteren
hij zou insisteren
wij zouden insisteren
jullie zouden insisteren
zij zouden insisteren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou geïnsisteerd hebben
jij zou geïnsisteerd hebben
hij zou geïnsisteerd hebben
wij zouden geïnsisteerd hebben
jullie zouden geïnsisteerd hebben
zij zouden geïnsisteerd hebben

Gebiedende wijs
insisteer

Aanvoegende wijs
insistere

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden