Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: inregenen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
ingeregend

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik regen in
jij regent in
hij regent in
wij regenen in
jullie regenen in
zij regenen in

Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde
dat ik inregen
dat jij inregent
dat hij inregent
dat wij inregenen
dat jullie inregenen
dat zij inregenen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb ingeregend
jij hebt ingeregend
hij heeft ingeregend
wij hebben ingeregend
jullie hebben ingeregend
zij hebben ingeregend

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik regende in
jij regende in
hij regende in
wij regenden in
jullie regenden in
zij regenden in

Verleden tijd, bijzinsvolgorde
dat ik inregende
dat jij inregende
dat hij inregende
dat wij inregenden
dat jullie inregenden
dat zij inregenden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had ingeregend
jij had ingeregend
hij had ingeregend
wij hadden ingeregend
jullie hadden ingeregend
zij hadden ingeregend

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal inregenen
jij zult inregenen
hij zal inregenen
wij zullen inregenen
jullie zullen inregenen
zij zullen inregenen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal ingeregend hebben
jij zult ingeregend hebben
hij zal ingeregend hebben
wij zullen ingeregend hebben
jullie zullen ingeregend hebben
zij zullen ingeregend hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou inregenen
jij zou inregenen
hij zou inregenen
wij zouden inregenen
jullie zouden inregenen
zij zouden inregenen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou ingeregend hebben
jij zou ingeregend hebben
hij zou ingeregend hebben
wij zouden ingeregend hebben
jullie zouden ingeregend hebben
zij zouden ingeregend hebben

Gebiedende wijs
regen in

Aanvoegende wijs
inregene

Voorbeelden

  1. Regen in Lennox County...
    rain in Lennox County...
  2. De regen in Spanje valt grotendeels...
    The rain in Spain falls mainly...
  3. Jake, ik zie regen... in mijn ogen.
    Jake, I see rain in my eyes.
  4. Jerry stuur je niet de regen in.
    You don 't send Jerry out in the rain.
  5. Was jij tijdens de regen in Smallville?
    You were in Smallville the day of the shower?
  6. Er viel een koude regen in de stad.
    A cold rain fell over the city.
  7. Het was na al die regen in maart.
    It was after we got all that rain in March.
  8. Er valt een enorme hoeveelheid regen in de Amazone.
    Massive quantities of rain fall on the Amazon.
  9. Het leven verwelkt zoals regen in het gras verdwijnt.
    Life fades as rain vanishes into the grass.
  10. Meneer, dat is van de regen in de drop.
    Sir, you 're taking me out of the pot and putting me in the fire.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden