Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: inklaren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
ingeklaard

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik klaar in
jij klaart in
hij klaart in
wij klaren in
jullie klaren in
zij klaren in

Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde
dat ik inklaar
dat jij inklaart
dat hij inklaart
dat wij inklaren
dat jullie inklaren
dat zij inklaren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb ingeklaard
jij hebt ingeklaard
hij heeft ingeklaard
wij hebben ingeklaard
jullie hebben ingeklaard
zij hebben ingeklaard

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik klaarde in
jij klaarde in
hij klaarde in
wij klaarden in
jullie klaarden in
zij klaarden in

Verleden tijd, bijzinsvolgorde
dat ik inklaarde
dat jij inklaarde
dat hij inklaarde
dat wij inklaarden
dat jullie inklaarden
dat zij inklaarden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had ingeklaard
jij had ingeklaard
hij had ingeklaard
wij hadden ingeklaard
jullie hadden ingeklaard
zij hadden ingeklaard

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal inklaren
jij zult inklaren
hij zal inklaren
wij zullen inklaren
jullie zullen inklaren
zij zullen inklaren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal ingeklaard hebben
jij zult ingeklaard hebben
hij zal ingeklaard hebben
wij zullen ingeklaard hebben
jullie zullen ingeklaard hebben
zij zullen ingeklaard hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou inklaren
jij zou inklaren
hij zou inklaren
wij zouden inklaren
jullie zouden inklaren
zij zouden inklaren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou ingeklaard hebben
jij zou ingeklaard hebben
hij zou ingeklaard hebben
wij zouden ingeklaard hebben
jullie zouden ingeklaard hebben
zij zouden ingeklaard hebben

Gebiedende wijs
klaar in

Aanvoegende wijs
inklare

Voorbeelden

  1. Klaar in een minuut.
    Finish in a minute.
  2. Wees klaar in september.
    It 'll be ready in September.
  3. Je bent klaar in Londen.
    You 're done in London.
  4. Alles staat klaar in Joppa.
    I 've got everything set up for her in Joppa.
  5. Fotonenkanonnen klaar in 30 seconden.
    Photon cannon ready in T-minus 30.
  6. Oproerteams staan klaar in publieke ruimtes.
    I 've posted riot teams in all public areas.
  7. Alles staat klaar in het auditorium.
    We have everything set up in the auditorium.
  8. Altijd klaar in geval hij opduikt.
    Always ready in case he shows up.
  9. Ik ben klaar in een uur.
    I 'll be done in a hour.
  10. We zijn klaar in de voertuigbaai.
    We 're ready in the vehicle bay.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden