Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: indraaien

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
ingedraaid

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik draai in
jij draait in
hij draait in
wij draaien in
jullie draaien in
zij draaien in

Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde
dat ik indraai
dat jij indraait
dat hij indraait
dat wij indraaien
dat jullie indraaien
dat zij indraaien

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb ingedraaid
jij hebt ingedraaid
hij heeft ingedraaid
wij hebben ingedraaid
jullie hebben ingedraaid
zij hebben ingedraaid

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik draaide in
jij draaide in
hij draaide in
wij draaiden in
jullie draaiden in
zij draaiden in

Verleden tijd, bijzinsvolgorde
dat ik indraaide
dat jij indraaide
dat hij indraaide
dat wij indraaiden
dat jullie indraaiden
dat zij indraaiden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had ingedraaid
jij had ingedraaid
hij had ingedraaid
wij hadden ingedraaid
jullie hadden ingedraaid
zij hadden ingedraaid

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal indraaien
jij zult indraaien
hij zal indraaien
wij zullen indraaien
jullie zullen indraaien
zij zullen indraaien

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal ingedraaid hebben
jij zult ingedraaid hebben
hij zal ingedraaid hebben
wij zullen ingedraaid hebben
jullie zullen ingedraaid hebben
zij zullen ingedraaid hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou indraaien
jij zou indraaien
hij zou indraaien
wij zouden indraaien
jullie zouden indraaien
zij zouden indraaien

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou ingedraaid hebben
jij zou ingedraaid hebben
hij zou ingedraaid hebben
wij zouden ingedraaid hebben
jullie zouden ingedraaid hebben
zij zouden ingedraaid hebben

Gebiedende wijs
draai in

Aanvoegende wijs
indraaie

Voorbeelden

  1. Draai in het rond.
    Have a turn in the middle.
  2. De draai in deze heuvel stuurt ze rechtstreeks terug naar het oosten.
    The curve in this hillside is gonna send them right back east.
  3. Als een gevoelig kind, heeft Linda haar draai in de literatuur gevonden.
    As a sensitive child, Linda found her sanctuary in literature.
  4. Ik ben hier omdat ik de campagne van O' Dwyer draai in
    I 'm here because I 'm running the campaign for O 'Dwyer who 's running...
  5. Hij heeft iets gezien, een snelle draai in de wind, en een daling;
    It 's spotted something, a quick turn into the wind, and a drop;
  6. De 900? Het is' n twee en halve draai in de lucht met een skateboard.
    It 's a 2 1 / 2-revolution aerial spin on a skateboard.
  7. We kunnen hooguit de bak indraaien.
    The worst that can happen is we 'll go to jail.
  8. Ik kan er de bak voor indraaien.
    It can send me to jail.
  9. We moeten dit schip tegen de wind indraaien.
    We 're gonna have to turn this ship into the wind.
  10. Mijn team zal worden afgemaakt of de nor indraaien.
    Every man in my unit will end up dead or in prison.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden