Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: indeuken

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
ingedeukt

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik deuk in
jij deukt in
hij deukt in
wij deuken in
jullie deuken in
zij deuken in

Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde
dat ik indeuk
dat jij indeukt
dat hij indeukt
dat wij indeuken
dat jullie indeuken
dat zij indeuken

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb ingedeukt
jij hebt ingedeukt
hij heeft ingedeukt
wij hebben ingedeukt
jullie hebben ingedeukt
zij hebben ingedeukt

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik deukte in
jij deukte in
hij deukte in
wij deukten in
jullie deukten in
zij deukten in

Verleden tijd, bijzinsvolgorde
dat ik indeukte
dat jij indeukte
dat hij indeukte
dat wij indeukten
dat jullie indeukten
dat zij indeukten

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had ingedeukt
jij had ingedeukt
hij had ingedeukt
wij hadden ingedeukt
jullie hadden ingedeukt
zij hadden ingedeukt

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal indeuken
jij zult indeuken
hij zal indeuken
wij zullen indeuken
jullie zullen indeuken
zij zullen indeuken

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal ingedeukt hebben
jij zult ingedeukt hebben
hij zal ingedeukt hebben
wij zullen ingedeukt hebben
jullie zullen ingedeukt hebben
zij zullen ingedeukt hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou indeuken
jij zou indeuken
hij zou indeuken
wij zouden indeuken
jullie zouden indeuken
zij zouden indeuken

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou ingedeukt hebben
jij zou ingedeukt hebben
hij zou ingedeukt hebben
wij zouden ingedeukt hebben
jullie zouden ingedeukt hebben
zij zouden ingedeukt hebben

Gebiedende wijs
deuk in

Aanvoegende wijs
indeuke

Voorbeelden

  1. Er zit een grote deuk in.
    It 's got a big dent in it.
  2. Er zit een grote deuk in.
    There 's a massive indentation.
  3. Wist niet eens een deuk in het.
    Didn 't even put a dent in it.
  4. Hmm, een deuk in het harnas, huh?
    Hmm, a chink in the armor, huh?
  5. Je hebt er een deuk in gemaakt!
    You dented it! Where do you think...
  6. We slaan een deuk in dat patroon.
    We 're putting a big dent in that pattern.
  7. Zo' n deuk in m' n vrachtwagen.
    Do you see that dent in my truck?
  8. Er zit een deuk in de tafel.
    There 's a dent on the coffee table like
  9. We maken nauwelijks een deuk in dat ding.
    We 're barely making a dent in that thing.
  10. Je zult er nog geen deuk in maken.
    You won 't even make a dent.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden