1. MWB
  2. Werkwoord vervoegen
  3. immobilize

Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

EN: to immobilize    Vertaal    Voorbeelden    Synoniemen
Gerund
immobilizing

Present simple (ott)
I immobilize
you immobilize
he immobilizes
we immobilize
you immobilize
they immobilize

Present perfect (vtt)
I have immobilized
you have immobilized
he has immobilized
we have immobilized
you have immobilized
they have immobilized

Past Simple (ovt)
I immobilized
you immobilized
he immobilized
we immobilized
you immobilized
they immobilized

Past perfect (vvt)
I had immobilized
you had immobilized
he had immobilized
we had immobilized
you had immobilized
they had immobilized

Present future (ottt)
I will immobilize
you will immobilize
he will immobilize
we will immobilize
you will immobilize
they will immobilize

Present future perfect (vttt)
I will have immobilized
you will have immobilized
he will have immobilized
we will have immobilized
you will have immobilized
they will have immobilized

Past future (ovtt)
I would immobilize
you would immobilize
he would immobilize
we would immobilize
you would immobilize
they would immobilize

Past future perfect (vvtt)
I would have immobilized
you would have immobilized
he would have immobilized
we would have immobilized
you would have immobilized
they would have immobilized


Voorbeelden

  1. We have to immobilize him.
    We moeten hem immobiliseren.
  2. I have to immobilize this arm.
    Je moet deze arm stilhouden.
  3. I will immobilize you with one blow.
    Met één slag zal ik je immobiliseren.
  4. You immobilize the aneurysm and place the clip.
    Je immobiliseert het aneurysma en plaatst de clip.
  5. Pelant has used injectable anesthetic to immobilize victims in the past.
    Pelant heeft al eerder verdoving gebruikt om zijn slachtoffers te immobiliseren.
  6. The military has devices that can immobilize armies using sonar technology.
    Het leger heeft apparaten die vijanden kunnen uitschakelen met sonar.
  7. From this position, I know 11 ways I can totally immobilize you.
    Vanaf hier, Weet ik 11 manieren om je uit teschakelen.
  8. I just wanted to immobilize him, so that I could get away.
    Ik wilde hem alleen maar verlammen, zodat ik weg kon gaan.
  9. I 'm gonna immobilize X and then we go in for the kill.
    Ik ga X immobiliseren en dan gaan we hem vermoorden.
  10. Donald was writing a series of viruses to find and immobilize the rogue system.
    Donald was' n reeks virussen aan het schrijven om' t te vinden en stop te zetten.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden



Vaakst vervoegd

Hier zie je een overzicht van de 30 vaakst vervoegde werkwoorden voor de vijf talen die we op mijnwoordenboek gebruiken.

Nederlandse werkwoorden

willen verdienen worden zijn vinden bedoelen kunnen houden hebben meten vermelden vertellen varen gelden beantwoorden zeggen bestellen begeleiden updaten reizen bereiden leiden plannen gaan verwijderen stelen bidden besteden denken bellen

Franse werkwoorden

être avoir aller faire pouvoir vouloir venir devoir voir prendre savoir partir connaître recevoir dire mettre finir lire boire choisir envoyer sortir falloir dormir écrire appeler croire manger devenir vivre

Duitse werkwoorden

sein werden haben können mögen gehen wollen müssen essen finden sehen stressen lesen dürfen fahren misten sollen kommen nehmen tun machen geben sprechen lassen helfen laufen arbeiten wohnen schlafen halten

Spaanse werkwoorden

ser sentir tener hacer ver teñir ir estar servir haber poder mentir querer dar fuir saber decir hablar salir empezar volver comer seguir vivir gustar pedir encontrar grillarse latir pensar llamar conocer preferir jugar llegar

Engelse werkwoorden

send read be have spend choose go lead mean hear teach lie think see quit can do build meet take say get run fall fair buy put eat lay make learn wear begin barbecue will give find want know drink work write try