Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: hobbyen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gehobbyd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik hobby
jij hobbyt
hij hobbyt
wij hobbyen
jullie hobbyen
zij hobbyen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gehobbyd
jij hebt gehobbyd
hij heeft gehobbyd
wij hebben gehobbyd
jullie hebben gehobbyd
zij hebben gehobbyd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik hobbyde
jij hobbyde
hij hobbyde
wij hobbyden
jullie hobbyden
zij hobbyden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gehobbyd
jij had gehobbyd
hij had gehobbyd
wij hadden gehobbyd
jullie hadden gehobbyd
zij hadden gehobbyd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal hobbyen
jij zult hobbyen
hij zal hobbyen
wij zullen hobbyen
jullie zullen hobbyen
zij zullen hobbyen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gehobbyd hebben
jij zult gehobbyd hebben
hij zal gehobbyd hebben
wij zullen gehobbyd hebben
jullie zullen gehobbyd hebben
zij zullen gehobbyd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou hobbyen
jij zou hobbyen
hij zou hobbyen
wij zouden hobbyen
jullie zouden hobbyen
zij zouden hobbyen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gehobbyd hebben
jij zou gehobbyd hebben
hij zou gehobbyd hebben
wij zouden gehobbyd hebben
jullie zouden gehobbyd hebben
zij zouden gehobbyd hebben

Gebiedende wijs
hobby

Aanvoegende wijs
hobbye

Voorbeelden

  1. Een hobby, misschien.
    A hobby, perhaps.
  2. Hobby' s, misschien?
    Hobbies, perhaps?
  3. Een nieuwe hobby.
    Why? It 's our new hobby.
  4. Iedereen heeft een hobby.
    Everyone needs a hobby.
  5. En jij, Hollie Hobby,
    And you, Strawberry Shortcake,
  6. Voor zaken of hobby?
    Business or personal?
  7. Beetje een zieke hobby.
    Bit of a sick hobby.
  8. Clowning is mijn hobby.
    Clowning is my avocation.
  9. Het is geen hobby.
    It 's not a hobby.
  10. Hij verdient een hobby.
    He deserves a hobby.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden