Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: historiseren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gehistoriseerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik historiseer
jij historiseert
hij historiseert
wij historiseren
jullie historiseren
zij historiseren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gehistoriseerd
jij hebt gehistoriseerd
hij heeft gehistoriseerd
wij hebben gehistoriseerd
jullie hebben gehistoriseerd
zij hebben gehistoriseerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik historiseerde
jij historiseerde
hij historiseerde
wij historiseerden
jullie historiseerden
zij historiseerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gehistoriseerd
jij had gehistoriseerd
hij had gehistoriseerd
wij hadden gehistoriseerd
jullie hadden gehistoriseerd
zij hadden gehistoriseerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal historiseren
jij zult historiseren
hij zal historiseren
wij zullen historiseren
jullie zullen historiseren
zij zullen historiseren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gehistoriseerd hebben
jij zult gehistoriseerd hebben
hij zal gehistoriseerd hebben
wij zullen gehistoriseerd hebben
jullie zullen gehistoriseerd hebben
zij zullen gehistoriseerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou historiseren
jij zou historiseren
hij zou historiseren
wij zouden historiseren
jullie zouden historiseren
zij zouden historiseren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gehistoriseerd hebben
jij zou gehistoriseerd hebben
hij zou gehistoriseerd hebben
wij zouden gehistoriseerd hebben
jullie zouden gehistoriseerd hebben
zij zouden gehistoriseerd hebben

Gebiedende wijs
historiseer

Aanvoegende wijs
historisere

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden