NL: herschrijven U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.
|
| Voltooid deelwoord |
herschreven
|
| Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) |
ik herschrijf jij herschrijft hij herschrijft wij herschrijven jullie herschrijven zij herschrijven
|
| Voltooid tegenwoordige tijd (vtt) |
ik ben herschreven jij bent herschreven hij is herschreven wij zijn herschreven jullie zijn herschreven zij zijn herschreven
|
| Onvoltooid verleden tijd (ovt) |
ik herschreef jij herschreef hij herschreef wij herschreven jullie herschreven zij herschreven
|
| Voltooid verleden tijd (vvt) |
ik was herschreven jij was herschreven hij was herschreven wij waren herschreven jullie waren herschreven zij waren herschreven
|
| Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt) |
ik zal herschrijven jij zult herschrijven hij zal herschrijven wij zullen herschrijven jullie zullen herschrijven zij zullen herschrijven
|
| Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt) |
ik zal herschreven zijn jij zult herschreven zijn hij zal herschreven zijn wij zullen herschreven zijn jullie zullen herschreven zijn zij zullen herschreven zijn
|
| Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt) |
ik zou herschrijven jij zou herschrijven hij zou herschrijven wij zouden herschrijven jullie zouden herschrijven zij zouden herschrijven
|
| Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt) |
ik zou herschreven zijn jij zou herschreven zijn hij zou herschreven zijn wij zouden herschreven zijn jullie zouden herschreven zijn zij zouden herschreven zijn
|
| Gebiedende wijs |
herschrijf
|
| Aanvoegende wijs |
| herschrijve |