NL: headmappen U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.
|
| Voltooid deelwoord |
geheadmapt
|
| Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) |
ik headmap jij headmapt hij headmapt wij headmappen jullie headmappen zij headmappen
|
| Voltooid tegenwoordige tijd (vtt) |
ik heb geheadmapt jij hebt geheadmapt hij heeft geheadmapt wij hebben geheadmapt jullie hebben geheadmapt zij hebben geheadmapt
|
| Onvoltooid verleden tijd (ovt) |
ik headmapte jij headmapte hij headmapte wij headmapten jullie headmapten zij headmapten
|
| Voltooid verleden tijd (vvt) |
ik had geheadmapt jij had geheadmapt hij had geheadmapt wij hadden geheadmapt jullie hadden geheadmapt zij hadden geheadmapt
|
| Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt) |
ik zal headmappen jij zult headmappen hij zal headmappen wij zullen headmappen jullie zullen headmappen zij zullen headmappen
|
| Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt) |
ik zal geheadmapt hebben jij zult geheadmapt hebben hij zal geheadmapt hebben wij zullen geheadmapt hebben jullie zullen geheadmapt hebben zij zullen geheadmapt hebben
|
| Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt) |
ik zou headmappen jij zou headmappen hij zou headmappen wij zouden headmappen jullie zouden headmappen zij zouden headmappen
|
| Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt) |
ik zou geheadmapt hebben jij zou geheadmapt hebben hij zou geheadmapt hebben wij zouden geheadmapt hebben jullie zouden geheadmapt hebben zij zouden geheadmapt hebben
|
| Gebiedende wijs |
headmap
|
| Aanvoegende wijs |
| headmappe |