1. MWB
  2. Werkwoord vervoegen
  3. harpoon

Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

EN: to harpoon    Vertaal    Voorbeelden    Synoniemen
Gerund
harpooning

Present simple (ott)
I harpoon
you harpoon
he harpoons
we harpoon
you harpoon
they harpoon

Present perfect (vtt)
I have harpooned
you have harpooned
he has harpooned
we have harpooned
you have harpooned
they have harpooned

Past Simple (ovt)
I harpooned
you harpooned
he harpooned
we harpooned
you harpooned
they harpooned

Past perfect (vvt)
I had harpooned
you had harpooned
he had harpooned
we had harpooned
you had harpooned
they had harpooned

Present future (ottt)
I will harpoon
you will harpoon
he will harpoon
we will harpoon
you will harpoon
they will harpoon

Present future perfect (vttt)
I will have harpooned
you will have harpooned
he will have harpooned
we will have harpooned
you will have harpooned
they will have harpooned

Past future (ovtt)
I would harpoon
you would harpoon
he would harpoon
we would harpoon
you would harpoon
they would harpoon

Past future perfect (vvtt)
I would have harpooned
you would have harpooned
he would have harpooned
we would have harpooned
you would have harpooned
they would have harpooned


Voorbeelden

  1. Put that harpoon down, Captain.
    Leg die harpoen neer, kapitein.
  2. Harpoon him through the head?
    Door het hoofd harpoeneren?
  3. Feels like a chocolate harpoon.
    Dat voelt als een chocolade harpoen.
  4. He 's got a harpoon!
    Hij heeft een harpoen.
  5. Harpoon Irish are heavy curses.
    Harpoeniers zijn zwaar vervloekt.
  6. He 's sharpening his harpoon.
    Hij is op het scherpst van de snede.
  7. i don 't have a harpoon.
    Ik heb geen harpoen.
  8. I have a harpoon locked on.
    Ik heb' n Harpoon-raket gericht.
  9. It makes the harpoon faster, and...
    Het maakt de harpoen sneller, en...
  10. The harpoon was made of iron.
    Ons beeld was van ijzer.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden



Vaakst vervoegd

Hier zie je een overzicht van de 30 vaakst vervoegde werkwoorden voor de vijf talen die we op mijnwoordenboek gebruiken.

Nederlandse werkwoorden

willen verdienen worden zijn vinden bedoelen kunnen houden hebben meten vermelden vertellen varen gelden beantwoorden zeggen bestellen begeleiden updaten reizen bereiden leiden plannen gaan verwijderen stelen bidden besteden denken bellen

Franse werkwoorden

être avoir aller faire pouvoir vouloir venir devoir voir prendre savoir partir connaître recevoir dire mettre finir lire boire choisir envoyer sortir falloir dormir écrire appeler croire manger devenir vivre

Duitse werkwoorden

sein werden haben können mögen gehen wollen müssen essen finden sehen stressen lesen dürfen fahren misten sollen kommen nehmen tun machen geben sprechen lassen helfen laufen arbeiten wohnen schlafen halten

Spaanse werkwoorden

ser sentir tener hacer ver teñir ir estar servir haber poder mentir querer dar fuir saber decir hablar salir empezar volver comer seguir vivir gustar pedir encontrar grillarse latir pensar llamar conocer preferir jugar llegar

Engelse werkwoorden

send read be have spend choose go lead mean hear teach lie think see quit can do build meet take say get run fall fair buy put eat lay make learn wear begin barbecue will give find want know drink work write try