Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: hanteren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gehanteerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik hanteer
jij hanteert
hij hanteert
wij hanteren
jullie hanteren
zij hanteren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gehanteerd
jij hebt gehanteerd
hij heeft gehanteerd
wij hebben gehanteerd
jullie hebben gehanteerd
zij hebben gehanteerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik hanteerde
jij hanteerde
hij hanteerde
wij hanteerden
jullie hanteerden
zij hanteerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gehanteerd
jij had gehanteerd
hij had gehanteerd
wij hadden gehanteerd
jullie hadden gehanteerd
zij hadden gehanteerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal hanteren
jij zult hanteren
hij zal hanteren
wij zullen hanteren
jullie zullen hanteren
zij zullen hanteren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gehanteerd hebben
jij zult gehanteerd hebben
hij zal gehanteerd hebben
wij zullen gehanteerd hebben
jullie zullen gehanteerd hebben
zij zullen gehanteerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou hanteren
jij zou hanteren
hij zou hanteren
wij zouden hanteren
jullie zouden hanteren
zij zouden hanteren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gehanteerd hebben
jij zou gehanteerd hebben
hij zou gehanteerd hebben
wij zouden gehanteerd hebben
jullie zouden gehanteerd hebben
zij zouden gehanteerd hebben

Gebiedende wijs
hanteer

Aanvoegende wijs
hantere

Voorbeelden

  1. Hanteer een kuise levensstijl.
    Maintain a chaste lifestyle.
  2. Begrijp je de kracht die ik hanteer?
    Do you understand the power that I wield?
  3. Ik repareer netten... ik hanteer geen zwaard.
    I mend nets not wield a sword.
  4. U vermoedt ten onrechte dat ik de kwast hanteer.
    Your error of judgment is to assume that I 'm holding the brush at all.
  5. Hanteer je het fatsoenlijk om je tattoo toe te passen?
    So do you manage to make a decent living applying your tattoos?
  6. Ik kan hem hanteren.
    I can handle him being here.
  7. We hanteren een zerotolerancebeleid.
    We 'll apply this zero-tolerance policy.
  8. Ze hanteren de slachtofferwet.
    This state has a Son of Sam Law.
  9. Wie kan een sabel hanteren?
    Who has a sword before?
  10. Maakt ze makkelijker te hanteren.
    Makes them easier to handle.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden