Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: handshaken

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gehandshaket

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik handshake
jij handshaket
hij handshaket
wij handshaken
jullie handshaken
zij handshaken

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gehandshaket
jij hebt gehandshaket
hij heeft gehandshaket
wij hebben gehandshaket
jullie hebben gehandshaket
zij hebben gehandshaket

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik handshakete
jij handshakete
hij handshakete
wij handshaketen
jullie handshaketen
zij handshaketen

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gehandshaket
jij had gehandshaket
hij had gehandshaket
wij hadden gehandshaket
jullie hadden gehandshaket
zij hadden gehandshaket

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal handshaken
jij zult handshaken
hij zal handshaken
wij zullen handshaken
jullie zullen handshaken
zij zullen handshaken

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gehandshaket hebben
jij zult gehandshaket hebben
hij zal gehandshaket hebben
wij zullen gehandshaket hebben
jullie zullen gehandshaket hebben
zij zullen gehandshaket hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou handshaken
jij zou handshaken
hij zou handshaken
wij zouden handshaken
jullie zouden handshaken
zij zouden handshaken

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gehandshaket hebben
jij zou gehandshaket hebben
hij zou gehandshaket hebben
wij zouden gehandshaket hebben
jullie zouden gehandshaket hebben
zij zouden gehandshaket hebben

Gebiedende wijs
handshake

Aanvoegende wijs
handshake

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden