1. MWB
  2. Werkwoord vervoegen
  3. handcuff

Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

EN: to handcuff    Vertaal    Voorbeelden    Synoniemen
Gerund
handcuffing

Present simple (ott)
I handcuff
you handcuff
he handcuffs
we handcuff
you handcuff
they handcuff

Present perfect (vtt)
I have handcuffed
you have handcuffed
he has handcuffed
we have handcuffed
you have handcuffed
they have handcuffed

Past Simple (ovt)
I handcuffed
you handcuffed
he handcuffed
we handcuffed
you handcuffed
they handcuffed

Past perfect (vvt)
I had handcuffed
you had handcuffed
he had handcuffed
we had handcuffed
you had handcuffed
they had handcuffed

Present future (ottt)
I will handcuff
you will handcuff
he will handcuff
we will handcuff
you will handcuff
they will handcuff

Present future perfect (vttt)
I will have handcuffed
you will have handcuffed
he will have handcuffed
we will have handcuffed
you will have handcuffed
they will have handcuffed

Past future (ovtt)
I would handcuff
you would handcuff
he would handcuff
we would handcuff
you would handcuff
they would handcuff

Past future perfect (vvtt)
I would have handcuffed
you would have handcuffed
he would have handcuffed
we would have handcuffed
you would have handcuffed
they would have handcuffed


Voorbeelden

  1. Please handcuff him.
    Doe hem de boeien om.
  2. Get the handcuff key.
    Pak de handboeisleutels.
  3. Get some handcuff keys.
    Haal de handboeiensleutels.
  4. That handcuff on your wrist.
    Die handboei aan je pols.
  5. He didn 't handcuff him.
    Hij deed hem geen handboeien om.
  6. You can 't handcuff me!
    Je kunt me niet handboeien!
  7. I let him handcuff me.
    Ik liet hem me boeien.
  8. Handcuff you to his trailer part.
    Boeit me aan zijn caravan deel.
  9. I 'll go with a handcuff?
    Ik moet gaan met handboeien aan?
  10. You 'd better handcuff me, darling.
    Sla me maar in de boeien, schat.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden



Vaakst vervoegd

Hier zie je een overzicht van de 30 vaakst vervoegde werkwoorden voor de vijf talen die we op mijnwoordenboek gebruiken.

Nederlandse werkwoorden

willen verdienen worden zijn vinden bedoelen kunnen houden hebben meten vermelden vertellen varen gelden beantwoorden zeggen bestellen begeleiden updaten reizen bereiden leiden plannen gaan verwijderen stelen bidden besteden denken bellen

Franse werkwoorden

être avoir aller faire pouvoir vouloir venir devoir voir prendre savoir partir connaître recevoir dire mettre finir lire boire choisir envoyer sortir falloir dormir écrire appeler croire manger devenir vivre

Duitse werkwoorden

sein werden haben können mögen gehen wollen müssen essen finden sehen stressen lesen dürfen fahren misten sollen kommen nehmen tun machen geben sprechen lassen helfen laufen arbeiten wohnen schlafen halten

Spaanse werkwoorden

ser sentir tener hacer ver teñir ir estar servir haber poder mentir querer dar fuir saber decir hablar salir empezar volver comer seguir vivir gustar pedir encontrar grillarse latir pensar llamar conocer preferir jugar llegar

Engelse werkwoorden

send read be have spend choose go lead mean hear teach lie think see quit can do build meet take say get run fall fair buy put eat lay make learn wear begin barbecue will give find want know drink work write try