1. MWB
  2. Werkwoord vervoegen
  3. grit

Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

EN: to grit    Vertaal    Voorbeelden    Synoniemen
Gerund
griting

Present simple (ott)
I grit
you grit
he grits
we grit
you grit
they grit

Present perfect (vtt)
I have grited
you have grited
he has grited
we have grited
you have grited
they have grited

Past Simple (ovt)
I grited
you grited
he grited
we grited
you grited
they grited

Past perfect (vvt)
I had grited
you had grited
he had grited
we had grited
you had grited
they had grited

Present future (ottt)
I will grit
you will grit
he will grit
we will grit
you will grit
they will grit

Present future perfect (vttt)
I will have grited
you will have grited
he will have grited
we will have grited
you will have grited
they will have grited

Past future (ovtt)
I would grit
you would grit
he would grit
we would grit
you would grit
they would grit

Past future perfect (vvtt)
I would have grited
you would have grited
he would have grited
we would have grited
you would have grited
they would have grited


Voorbeelden

  1. Blasting, Grit-
    Stralen, Grit-
  2. Focus, bravery, grit.
    Focus, moed, ballen.
  3. Hands up, grit your teeth!
    Handen omhoog, knars je tanden!
  4. If every priest had their grit...
    Als elke priester hun lef had...
  5. Buckle down and grit your teeth.
    Zet je schrap en knars je tanden.
  6. I ain 't doubting your grit, Boss.
    Ik twijfel niet aan uw lef, Baas.
  7. The grit gradually wears down their teeth...
    De grit verslijt geleidelijk hun tanden...
  8. It is the grit in a sensitive instrument.
    Het is het vuil in een gevoelig instrument.
  9. Grit your teeth and get a hold of yourself.
    Je bijt op je tanden en pakt de draad weer op.
  10. You got me with that grit right in the bollocks.
    Je raakte me precies op mijn ballen met dat grind.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden



Vaakst vervoegd

Hier zie je een overzicht van de 30 vaakst vervoegde werkwoorden voor de vijf talen die we op mijnwoordenboek gebruiken.

Nederlandse werkwoorden

willen verdienen worden zijn vinden bedoelen kunnen houden hebben meten vermelden vertellen varen gelden beantwoorden zeggen bestellen begeleiden updaten reizen bereiden leiden plannen gaan verwijderen stelen bidden besteden denken bellen

Franse werkwoorden

être avoir aller faire pouvoir vouloir venir devoir voir prendre savoir partir connaître recevoir dire mettre finir lire boire choisir envoyer sortir falloir dormir écrire appeler croire manger devenir vivre

Duitse werkwoorden

sein werden haben können mögen gehen wollen müssen essen finden sehen stressen lesen dürfen fahren misten sollen kommen nehmen tun machen geben sprechen lassen helfen laufen arbeiten wohnen schlafen halten

Spaanse werkwoorden

ser sentir tener hacer ver teñir ir estar servir haber poder mentir querer dar fuir saber decir hablar salir empezar volver comer seguir vivir gustar pedir encontrar grillarse latir pensar llamar conocer preferir jugar llegar

Engelse werkwoorden

send read be have spend choose go lead mean hear teach lie think see quit can do build meet take say get run fall fair buy put eat lay make learn wear begin barbecue will give find want know drink work write try