Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: glippen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
geglipt

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik glip
jij glipt
hij glipt
wij glippen
jullie glippen
zij glippen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb geglipt
jij hebt geglipt
hij heeft geglipt
wij hebben geglipt
jullie hebben geglipt
zij hebben geglipt

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik glipte
jij glipte
hij glipte
wij glipten
jullie glipten
zij glipten

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had geglipt
jij had geglipt
hij had geglipt
wij hadden geglipt
jullie hadden geglipt
zij hadden geglipt

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal glippen
jij zult glippen
hij zal glippen
wij zullen glippen
jullie zullen glippen
zij zullen glippen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal geglipt hebben
jij zult geglipt hebben
hij zal geglipt hebben
wij zullen geglipt hebben
jullie zullen geglipt hebben
zij zullen geglipt hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou glippen
jij zou glippen
hij zou glippen
wij zouden glippen
jullie zouden glippen
zij zouden glippen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou geglipt hebben
jij zou geglipt hebben
hij zou geglipt hebben
wij zouden geglipt hebben
jullie zouden geglipt hebben
zij zouden geglipt hebben

Gebiedende wijs
glip

Aanvoegende wijs
glippe

Voorbeelden

  1. Bloed leeg, glip weg.
    Bleed out, slip away.
  2. Glip gewoon via het raam.
    Just sneak out the window.
  3. En dan glip je weg.
    And then you just slip away.
  4. Glip je dan uit huis weg?
    So you run away then?
  5. Glip binnen en neem de tand.
    Slip in and get the tooth.
  6. Ik glip naar het volgende stadium.
    I 'm sliding into third.
  7. En glip weg door de zijdeur.
    And then slip out the side door.
  8. Rustig aan, voorzichtig, glip uit deze kamer.
    Quietly, carefully, slip out of this room.
  9. Als het kind gaat spelen, glip je er stiekem tussenuit.
    When the cub playing and having fun, you sneak you out.
  10. Ik glip al bioscopen binnen sinds ik twee jaar was.
    I 've been sneaking into theaters since I was two.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden