Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: fiedelen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gefiedeld

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik fiedel
jij fiedelt
hij fiedelt
wij fiedelen
jullie fiedelen
zij fiedelen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gefiedeld
jij hebt gefiedeld
hij heeft gefiedeld
wij hebben gefiedeld
jullie hebben gefiedeld
zij hebben gefiedeld

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik fiedelde
jij fiedelde
hij fiedelde
wij fiedelden
jullie fiedelden
zij fiedelden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gefiedeld
jij had gefiedeld
hij had gefiedeld
wij hadden gefiedeld
jullie hadden gefiedeld
zij hadden gefiedeld

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal fiedelen
jij zult fiedelen
hij zal fiedelen
wij zullen fiedelen
jullie zullen fiedelen
zij zullen fiedelen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gefiedeld hebben
jij zult gefiedeld hebben
hij zal gefiedeld hebben
wij zullen gefiedeld hebben
jullie zullen gefiedeld hebben
zij zullen gefiedeld hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou fiedelen
jij zou fiedelen
hij zou fiedelen
wij zouden fiedelen
jullie zouden fiedelen
zij zouden fiedelen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gefiedeld hebben
jij zou gefiedeld hebben
hij zou gefiedeld hebben
wij zouden gefiedeld hebben
jullie zouden gefiedeld hebben
zij zouden gefiedeld hebben

Gebiedende wijs
fiedel

Aanvoegende wijs
fiedele

Voorbeelden

  1. Hij leerde haar dat ko een fiedel was.
    He teach her ko mean a fiddle.
  2. Poindexter speelt op de fiedel Lewis en Gilbert geven' n riedel
    # We got Poindexter on the violin And Lewis and Gilbert will be joinin' in

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden